Operation Manual
De projector gebruiken24
Om het verstelvoetje in te schuiven tilt u de projector omhoog terwijl u op de knop van de 
voorste versteller drukt en laat u vervolgens de projector langzaam zakken. Draai in 
omgekeerde richting aan het achterste verstelvoetje.
Als het scherm en de projector niet loodrecht op elkaar staan, krijgt het geprojecteerde beeld 
een verticale trapeziumvorm. U kunt het probleem oplossen door de waarde voor Keystone 
(Trapezium) aan te passen in het menu Beeld via het bedieningspaneel van de projector of via 
de afstandsbediening.
Het beeld automatisch aanpassen
In sommige gevallen is het nodig om de beeldkwaliteit bij te stellen.
Het beeldformaat en de helderheid fijnafstemmen
Zie de schermgroottetabellen in “De gewenste beeldgrootte van de projectie instellen” op 
pagina 12.
Druk hiervoor op de knop AUTO 
(Automatisch). Binnen 3 seconden past de 
ingebouwde automatische bijstellingsfunctie 
de waarden van Frequentie en Klok aan, zodat 
er een optimale beeldkwaliteit wordt 
geproduceerd. 
De huidige brongegevens worden gedurende 
3 seconden rechts onderaan het scherm 
weergegeven.
Tijdens het gebruik van Auto is het scherm 
leeg.
1. Wijzig de grootte van het geprojecteerde 
beeld met behulp van de zoomring. 
2. Stel vervolgens het beeld scherp door 
aan de focusring te draaien. 










