Operation Manual

Hoofdstuk
1
2
3
4
5
6
7
8
33
3
Inleiding
2. Obstakels en storing vermijden
Plaats uw draadloze router (of) accesspoint bij voorkeur niet in de buurt
van apparaten die radiogolven uitzenden, zoals magnetrons. Voorwerpen
met een grote dichtheid die draadloze communicatie kunnen belemmeren
zijn onder meer:
Koelkasten
Wasmachines en centrifuges
Metalen kasten
Grote aquaria
Gemetalliseerde UV-werende ruiten
Indien uw draadloze signaal op sommige plaatsen zwakker lijkt te zijn,
zorg er dan voor dat dit soort objecten het signaal niet kunnen hinderen,
dat wil zeggen dat ze niet tussen uw computers en uw draadloze router of
accesspoint in staan.
3. Plaatsing van uw draadloze telefoon
Ga als volgt te werk als de prestaties van uw draadloze netwerk niet
beter worden nadat u de bovenstaande wenken hebt opgevolgd én u een
draadloze telefoon bezit:
Plaats draadloze telefoons altijd op zo groot mogelijke afstand
van draadloze routers of accesspoints en draadloos aangestuurde
computers.
Verwijder de batterij uit alle draadloze telefoons die gebruik maken
van de 2.4GHz-band (zie informatie van de fabrikant). Als het
probleem hiermee is opgelost, is/zijn de telefoon(s) de storingsbron.
Als de telefoon een kanalenkiezer heeft, verander dan het kanaal van
de telefoon in een kanaal dat zo ver mogelijk verwijderd is van het
kanaal van het draadloze netwerk. Verander bijvoorbeeld het kanaal
van uw telefoon in kanaal 1 en stel het kanaal van uw draadloze
router (of accesspoint) in op kanaal 11. Raadpleeg de handleiding van
uw telefoon voor gedetailleerde instructies.
Ga zo nodig over op een draadloze telefoon van 900 MHz of 5 GHz.