Operation Manual
A
B
C
D
E
17
KENNISMAKEN MET UW ROUTER
A) Modemaansluiting (WAN)
Sluit uw modem aan op
deze poort met behulp van
een Ethernet-kabel.
B) Aansluitingen voor
bedrade verbindingen (LAN)
Sluit computers en andere
netwerkapparaten die met
kabels moeten worden
aangesloten, aan op
deze poorten met behulp
van Ethernet-kabels.
C) USB-poort
USB-printers, schijven en
andere USB-apparaten die op
deze poort worden aangesloten,
kunnen gedeeld worden door
alle computers die onderdeel
uitmaken van het netwerk.
Elke USB-poort is voorzien
van een statuslampje.
Uit: Er is geen USB-apparaat
aangesloten of het aangesloten
USB-apparaat is niet in gebruik.
Knippert: Ontkoppel
het apparaat pas als
het lampje uit is.
Brandt: Het USB-apparaat is
aangesloten en kan worden
gebruikt door de computers
binnen uw netwerk.
D) Resetknop
De resetknop wordt gebruikt
voor het herstarten van uw
router in het uitzonderlijke geval
dat deze niet goed werkt. Bij een
eventuele herstart van uw router
blijven de instellingen behouden.
U kunt deze knop ook gebruiken
om de fabriekswaarden te
herstellen. Raadpleeg het
hoofdstuk "Problemen oplossen"
voor meer informatie.
E) Voedingsaansluiting
Sluit de meegeleverde
voedingsadapter aan
op deze aansluiting.
Achterkant