Operation Manual
42
Alternatieve installatiemethode
4342
Uw type internetverbinding instellen op Dynamic/Fixed (dynamisch/vast) IP (1483
Bridged)
Deze verbindingsmethode verbindt uw netwerk met dat van uw internetserviceprovider.
Aan de router zal automatisch een IP-adres worden toegekend door de DHCP-server van
uw internetserviceprovider..
Voor gebruik van een Dynamisch IP:
1. IP toegekend door internetserviceprovider – Selecteer “Yes” (Ja) indien uw
internetserviceprovider wil dat u een vast IP gebruikt.
2. Hostnaam – Voer een hostnaam in.
3. VPI/VCI – Voer hier de VPI- en VCI-parameters in. Deze gegevens worden door uw
internetserviceprovider verstrekt.
4. Encapsulatie (Inkapseling) – Selecteer LLC of VC MUX afhankelijk van wat uw
provider gebruikt.
Voor gebruik van een vast IP :
1. IP toegekend door internetserviceprovider – Selecteer “No” (Nee) indien uw
internetserviceprovider wil dat u een vast IP gebruikt.
2. IP-adres – Voer het IP-adres in dat u van uw internetserviceprovider gekregen hebt
voor de WAN-interface van de router.
3. Subnetmasker – Vul het door uw internetserviceprovider verstrekte subnetmasker in.
4. Standaard gateway – Voer het standaard gateway IP-adres in dat u van uw
internetserviceprovider hebt gekregen.
5. VPI/VCI – Voer hier de parameters voor de Virtual Path Identifier (VPI) en de Virtual
Circuit Identifier (VCI) in. Deze gegevens worden door uw internetserviceprovider
verstrekt.
6. Encapsulatie – Selecteer LLC of VC MUX, afhankelijk van wat uw
internetserviceprovider gebruikt.
(1)
(2)
(3)
(4)
(1)
(2)
(3)
(4)
(5)
(6)