Operation Manual
45
Draadloze N+ modem-router
HOOFDSTUKInhoud 1 2 3 4 5 7 8 9 106
GEBRUIKMAKEN VAN DE GEAVANCEERDE WEBINTERFACE
Systeemvereisten voor WPA2
LET OP: Om WPA2-beveiliging te kunnen gebruiken moeten al uw
computers en netwerkadapters geüpgraded zijn en beschikken over
stuurprogramma's en software die WPA2 ondersteunen. Ten tijde van
de publicatie van deze handleiding zijn er een aantal beveiligingspatches
van Microsoft
®
gratis beschikbaar als download. Deze patches werken
alleen onder Windows XP. Andere besturingssystemen worden op dit
moment nog niet ondersteund.
Voor een computer met Windows XP zonder Service Pack 2 (SP2) kan
via http://support.microsoft.com/kb/826942 gratis een bestand van
Microsoft genaamd “Windows XP Support Patch for Wireless Protected
Access (KB 826942)” worden gedownload.
Voor Windows XP met Service Pack 2 heeft Microsoft een gratis
download uitgebracht voor het bijwerken van uw draadloze
cliëntcomponenten ter ondersteuning van WPA2 (KB971021). De update
kunt u downloaden van:
http://support.microsoft.com/kb/917021
LET OP: U moet ook controleren of al uw draadloze netwerkkaarten/
adapters WPA2 ondersteunen en of u de nieuwste stuurprogramma's
hebt gedownload en geïnstalleerd. Voor de meeste draadloze
netwerkkaarten van Belkin is er een stuurprogramma-update
beschikbaar op de website van Belkin:
www.belkin.com/networking.
WPA/WPA2-Personal (PSK) instellen
Net als WPA-beveiliging is WPA2 beschikbaar in de modus WPA2-
Personal (PSK) en WPA2-Enterprise (RADIUS). WPA2-Personal (PSK) is
de modus die doorgaans wordt gebruikt in een woonomgeving, terwijl
WPA2-Enterprise (RADIUS) doorgaans wordt geïmplementeerd wanneer
een externe RADIUS-server de netwerksleutel automatisch distribueert
naar alle cliënten. Deze handleiding is voornamelijk gericht op gebruik
van WPA2-Personal (PSK). Raadpleeg deze handleiding voor meer
informatie over de beveiliging van draadloze netwerken en de verschillende
beveiligingsmethoden.
1. Nadat u de router hebt geïnstalleerd, gaat u naar de pagina "Security"
(Beveiliging) onder "Wireless" (Draadloos) en selecteert u “WPA/WPA2-
Personal (PSK)” in de keuzelijst "Security Mode" (Beveiligingsmodus).
2. Voor “Authentication” (Authentificatie) selecteert u “WPA-PSK”, “WPA2-
PSK” of “WPA-PSK + WPA2-PSK”. Deze instelling moet voor al uw
draadloze cliënten hetzelfde zijn. Met “WPA-PSK + WPA2-PSK” kunnen
cliënten worden ondersteund die WPA- of WPA2-beveiliging gebruiken.
3. Selecteer “TKIP”, “AES” of “TKIP+AES” bij “Encryption Technique”
(Encryptiemethode). Deze instelling moet voor al uw draadloze cliënten
hetzelfde zijn.
4. Voer uw Pre-Shared Key (PSK) in. Dit is een code van 8 tot 63 tekens
(letters, cijfers of symbolen). U moet bij al uw draadloze cliënten dezelfde
sleutel gebruiken. Uw PSK kan er als volgt uitzien: “Netwerksleutel
familie Jansen”. Klik op “Apply Changes” (Wijzigingen toepassen) om te
eindigen. Ken nu aan al uw draadloze cliënten deze instellingen toe.