Operation Manual

53 / FL
Wasdroogcombinatie / Gebruiker Handleiding
1 2 3
3 Open de kranen
volledig nadat de
slang is aangesloten
om te controleren
of er waterlekken
zijn aan de
aansluitpunten.
Als er lekken zijn, draai de kraan dan
dicht en verwijder de moer. Draai de moer
opnieuw zorgvuldig vast nadat u de dichting
gecontroleerd hebt. Houd de kranen
van het product dicht als het niet wordt
gebruikt om waterlekkage te voorkomen.
3.5 Aansluiten op de afvoer
• Bevestighetuiteindevande
afvoerslang rechtstreeks op de
waterafvoer, wasbak of badkuip.
A
LET OP!
• Uw vloer zal overspoelen als de slang
uit zijn behuizing geraakt tijdens het
afvoeren van water. Er is bovendien
verbrandingsgevaar door hoge
wastemperaturen! Om dergelijke situaties
te vermijden en te zorgen voor een soepele
waterinlaat en afvoer van de machine,
bevestig het uiteinde van de afvoerslang
stevig, zodat deze zich niet kan verplaatsen.
90 cm
90
40
90
40
90 cm
90 cm
min.40
90 cm
90
40
90
40
90 cm
90 cm
min.40
90 cm
90
40
90
40
90 cm
90 cm
min.40
• Sluitdeafvoerslangaanopminimaal
40 cm en maximaal 90 cm hoogte.
• Alsdeslangopvloerniveauofvlakbijde
grond wordt geplaatst (op minder dan
40 cm hoogte) en later omhoog wordt
gebracht, wordt de waterafvoer bemoeilijkt
en kan het wasgoed zeer nat uit de
machine komen. Volg daarom de hoogtes
die in de afbeelding staan vermeld.
• Omtevoorkomendatervuilwaterterugin
de machine loopt en om het makkelijk weg
te laten lopen moet het uiteinde van de slang
niet ondergedompeld worden in het vuile
water of meer dan 15 cm in de afvoer gestopt
worden. Als deze te lang is, kort hem dan in.
• Hetuiteindevandeslangmagniet
gebogen zijn, er mag niet op worden
gestapt en de slang mag niet geklemd
zijn tussen de afvoer en de machine.
• Alsdeslangtekortis,gebruikdezedoor
een originele verlengslang toe te voegen. De
slang mag niet langer zijn dan 3,2 m. Om
defecten door waterlekken te vermijden,
moet de aansluiting tussen de verlengslang
en de afvoerslang van het product goed
geplaatst zijn met een geschikte klem
zodat deze niet loskomt en lekt.
3.6 Poten afstellen
A
LET OP!
• Stel poten zodat het product
gebalanceerd is op de plaats
waar het zal worden gebruikt.
• Zet de machine in evenwicht
door de poten af te stellen.
• Controleer of er geen speling is
door op het product vanaf de
bovenste diagonale randen.
• Anders kan het product van zijn plaats
komen en samenpersing-, lawaai-
en trilproblemen veroorzaken.
• Gebruik geen gereedschappen om
de borgmoeren los te draaien. Anders
kunnen de borgmoeren beschadigen.