Operation Manual

7
XENYX
502/802/1002/1202
Afb. 2.10: Monitorregelaar en Main Mix-fader
PHONES/CONTROL ROOM
De PHONES-aansluiting (boven in het aansluitingengedeelte) is
als stereoklinkerbus uitgevoerd. Hier sluit u uw koptelefoon aan. De
CTRL ROOM OUT-bussen (asymmetrisch geschakelde
klinkerbussen) dienen ter controle van de somsignalen (effectmix
en Main Mix) en de losse signalen. Via de PHONES/CONTROL ROOM-
regelaar bepaalt u het niveau van de twee uitgangen. De XENYX
502 beschikt niet over CTRL ROOM OUT-uitgangen.
MAIN MIX
De MAIN OUT-bussen zijn asymmetrisch geschakeld en zijn
uitgevoerd als monoklinkerbussen. Hier komt het Main Mix-
somsignaal met een niveau van 0 dBu binnen. Met de
MAIN MIX-fader kunt u het volume van deze uitgang instellen. De
XENYX 502 en 802 hebben hier een draaiknop voor.
2.3.3 CD/TAPE-aansluitingen
Afb. 2.11: CD/TAPE INPUT/OUTPUT
CD/TAPE INPUT
De CD/TAPE INPUT-bussen dienen voor het aansluiten van
een externe signaalbron (bijv. CD-speler, tapedeck enz.). U kunt
ze ook als stereo-line-ingang benutten, waarop ook het uit-
gangssignaal van een tweede XENYX of van de BEHRINGER
ULTRALINK PRO MX882 kan worden aangesloten. ook al wil
men over het algemeen het Main Mix-signaal beluisteren, zijn er
ook uitzonderingen, bijv. het 2-track-playback (of een andere
externe bron). Wanneer u de CD/TAPE INPUT met een HiFi-
versterker met bronselectieschakelaar verbindt, kunt u heel
eenvoudig extra bronnen beluisteren.
CD/TAPE OUTPUT
Deze aansluitingen zijn parallel met de MAIN OUT verbonden
en stellen de stereosom in asymmetrische vorm ter beschikking.
Sluit hier de ingangen van uw opname-apparaat aan. Het
uitgangsniveau wordt via de bijzonder precieze MAIN MIX-fader
c.q. -draairegelaar ingesteld.
2.3.4 Signaaltoekenning
Afb. 2.12: Toekenningsschakelaar van de Main-sectie
CD/TAPE TO MIX
Als de CD/TAPE TO MIX-schakelaar ingedrukt is, wordt de
tweesporeningang op de Main Mix geschakeld en dient daarmee
als extra ingang voor bandopnames, MIDI-instrumenten of andere
signaalbronnen, die verder niet bewerkt hoeven te worden.
CD/TAPE TO CTRL ROOM (502: CD/TAPE TO PHONES)
Druk op de CD/TAPE TO CTRL ROOM-schakelaar, wanneer
u de tweesporeningang ook op de monitoruitgang (CTRL ROOM
OUT/PHONES) wilt horen eenvoudiger kunnen we u de achter-
de-band-controle via de afluisterluidspreker of de koptelefoon
niet maken.
+ Wanneer u via CD/TAPE OUTPUT een signaal
opneemt en dit tegelijk via CD/TAPE INPUT wilt
kunnen be-luisteren, dan mag de CD/TAPE TO MIX-
schakelaar niet ingedrukt zijn. Op die manier zou
er een lus ontstaan, aangezien dit signaal via de
Main Mix weer bij CD/TAPE OUTPUT zou worden
uitgevoerd. Bij deze toepassing moet u het tape-
signaal met behulp van CD/TAPE TO CTRL ROOM
naar de monitorluidsprekers of de koptelefoon
verleggen. In tegenstelling tot de Main Mix worden
deze signalen niet naar CD/TAPE OUTPUT uitgevoerd.
FX TO CONTROL ROOM
Wanneer u op uw koptelefoon, c.q. op de monitorluidsprekers
uitsluitend het FX Send-signaal wilt afluisteren, dan drukt u op de
FX TO CTRL-schakelaar. Het Main Mix-signaal wordt
stilgeschakeld en het signaal van de FX SEND-uitgang kan apart
worden afgeluisterd. De XENYX 802 en 502 beschikken niet
over deze schakelaar.
2.3.5 Fantoomvoeding en LED-indicaties
Afb. 2.13: Fantoomvoeding en controle-LEDs
Fantoomvoeding
Met de PHANTOM-schakelaar activeert u de fantoomvoeding voor
de XLR-bussen van de monokanalen, die nodig is voor het gebruik
van condensatormicrofoons. De rode +48 V-LED licht op als ze
ingeschakeld is. Het gebruik van dynamische microfoons is over het
algemeen verder mogelijk, voor zover ze symmetrisch zijn geschakeld.
Win bij twijfel informatie in bij de fabrikant van de microfoon!
+ Als de fantoomvoeding ingeschakeld is, mogen er
geen microfoons aan het paneel (of de stagebox/
wallbox) worden aangesloten. Sluit u de microfoons
voor het inschakelen aan. Bovendien dienen de
monitor/PA-luidsprekers te worden stilgeschakeld
voordat u de fantoomvoeding in gebruik neemt.
Wacht na het inschakelen ca. één minuut, voordat u
de ingangsversterking instelt, zodat het systeem
eerst kan stabiliseren.
POWER
De blauwe POWER-LED geeft aan, dat het apparaat
ingeschakeld is.
NIVEAU-INDICATIE
De zeer precieze 4-segments-niveau-indicatie geeft u steeds
een precies overzicht over de intensiteit van het weergegeven
signaal.
UITSTURING:
Voor het afregelen dient u de LEVEL-regelaar van de
ingangskanalen in de middelste stand (0 dB) te zetten en met de
TRIM-regelaar de ingangsversterking tot 0 dB te verhogen.
2. BEDIENINGSELEMENTEN EN AANSLUITINGEN









