Operation Manual

71
GEBRUIKSMODUS NAVIGATIE >>>
> D
> GB
> F
> I
> E
> P
> NL
> DK
> S
> N
> FIN
> TR
> GR
> PL
> CZ
> H
> SK
Oriƫntatie van de kaart (2D) wijzigen
U kunt kiezen of de kaart altijd in de rij-
richting moet wijzen of op het noorden
moet worden weergegeven.
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Kaart.
> Druk op de toets
Noorden boven of op
Rijricht. boven.
De kaart verandert navenant aan de geko-
zen instelling.
Actuele positie weergeven
U kunt uw huidige positie laten weerge-
ven en deze positie opslaan. Ook kunt u
informatie over de huidige GPS-ont-
vangst en het huidige land laten weerge-
ven.
> Roep het optiemenu voor de kaartweer-
gave op.
> Druk op de toets
Kaart.
> Druk op de toets
Positie-info.
De huidige positie wordt weergegeven.
Indien mogelijk verschijnt er een adres bij.
Als er voor de huidige positie geen adres
beschikbaar is, verschijnen de geografische
coƶrdinaten.
Met de toets
Op kaart kunt u weer naar de
kaart gaan.
Na het kiezen van
Opslaan kunt u de hui-
dige positie in de snelkoppeling opslaan.
Na het indrukken van
Landinfo kunt u
landspecifieke informatie, zoals bijv. de
toegestane maximumsnelheid voor het
land waar u zich op dat moment bevindt
laten weergeven.
Na het indrukken van
GPS-info ver-
schijnt er informatie over de GPS-ont-
vangst.
U kunt nagaan hoeveel satellieten er wor-
den ontvangen en of er voldoende satellie-
ten voor de navigatie worden ontvangen.
Ook verschijnen de actuele tijd en de geo-
grafische positie.
Opmerking:
Deze instelling is alleen bij 2D-weergave
beschikbaar.