Use and care guide
15
NL
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING
Controleer of er geen
aanstekers of lucifers in het
wasgoed zijn achtergebleven.
Controleer of het wasgoed
niet is doorweekt met
brandbare vloeistoen.
1. WAS IN DE MACHINE DOEN
Kijk naar de onderhoudslabels van uw
wasgoed; controleer of het geschikt is voor
behandeling in een droger.
Drooglabels
De stippen geven het aantal graden voor het
drogen van de was aan.
Normale temperatuur
Verlaagde temperatuur
Niet drogen in wasdroger
Maak de deur open en doe de was in de
machine. Houd u aan de maximale belading
die te vinden is in de paragraaf Programma's.
2. SLUIT DE DEUR
Zorg ervoor dat er geen was vast komt te
zitten tussen het deurglas en het deurlter.
De deur zodanig sluiten dat u de sluitklik hoort.
3. DE DROGER INSCHAKELEN
De Aan/Uit toets indrukken «totdat de
programmatoets gaat branden. Er wordt een
animatie weergegeven en er is een geluid.
Daarna is de droger bedrijfsklaar.
4. HET GEWENSTE PROGRAMMA
INSTELLEN
Het toetssymbool op het bedieningspaneel
indrukken. Op het display verschijnt naam en
defaultduur van het programma.
Kijk voor meer informatie over programma's
in de paragraaf PROGRAMMA'S en in de
SnelleReferentiegids.
K euze van het programma:
Het toetssymbool op het bedieningspaneel
indrukken; Op het display verschijnt naam en
defaultduur van het programma.
Deze positie van het programma biedt een
keuze van speciale programma's, die u kunt
selecteren door te drukken op de UP of
DOWN-toets; het geselecteerde programma
verschijnt op het display. Vervolgens de
OK-toets indrukken om het gewenste
programma te bevestigen.
Lees meer informatie over de programma's in
de paragraaf PROGRAMMA'S.
Droogtijd selecteren, indien nodig
Alleen als u het programma Droogtijd of
Luchten « hebt geselecteerd, kunt u de
gewenste droogtijd instellen van minimaal 10
minuten tot maximaal 180 minuten (drie uur).
De toets Droogtijd indrukken; Het display
geeft aan dat de droogtijd kan worden
ingesteld.
Druk op de UP of DOWN-toets of druk
herhaaldelijk op de toets Droogtijd om de
gewenste droog-/beluchtingsduur te selecteren.
Droogheidsniveau instellen, indien nodig
Als u het niveau van droogte wilt wijzigen, druk
op de toets Droogniveau; het display geeft aan
dat het droogniveau kan worden ingesteld.
De UP of DOWN-toets indrukken of de toets
Droogniveau herhaaldelijk indrukken om het
gewenste droogniveau te selecteren.
Selecteer opties, indien nodig
Als u extra opties wilt selecteren, druk
op de Optiestoets. De opties die voor uw
programma geselecteerd kunnen worden
verschijnen op de display.
De UP of DOWN-toets indrukken om de
lijst met beschikbare opties te overlopen.










