User manual
52
De magneetcontacten zijn niet geschikt voor directe montage op metaal. Als uw raam- of
deurkozijnen van metaal zijn, plak dan een stukje hout of plastic (min. 1 cm dik) onder de
magneetcontacten om ze van het metaal te scheiden!
Als het alarmsysteem in een woonwagen, camper of boot moet worden geïnstalleerd,vervang
dan voor de voeding de netadapter door het juiste boordnet, bijv. auto-accu 12 volt!
Bewegingsmelder testen
Druk na het installeren van de alarminstallatie op de toets „AWAY“ van de infrarood afstandsbediening, daar-
door activeert u de „looptest“! De looptest/statusweergave-LED gaat branden, zodra u door het te bewaken
bereik loopt. Door heen en weer te lopen in het waarnemingsbereik kunt u de precieze waarnemingshoek con-
troleren.
Verlaat na het beëindigen van deze looptest de ruimte en wacht ca. 90 seconden voordat u het te bewaken
gebied weer betreedt! Daardoor activeert het alarm zich vanzelf opnieuw. Als het opnieuw activeren is gelukt,
klinkt er een korte signaaltoon. Daarna zijn zowel de bewegingsmelder als de magneetcontacten weer geacti-
veerd.
Na de looptest moet u de ruimte beslist verlaten! Als u in het te bewaken bereik blijft, kan het
alarm zichzelf niet opnieuw activeren!
Als u het te bewaken bereik opnieuw betreedt, wordt u beschouwd als een „indringer“. U hoort een korte sig-
naaltoon als voorwaarschuwing, waarna u nog 15 seconden de tijd heeft om het alarm uit te schakelen voor-
dat het geactiveerd wordt.
Als de alarmset niet binnen 15 seconden wordt uitgeschakeld, wordt het alarm (intern en extern) geactiveerd.
De signaaltoon gaat na ca. 1 minuut uit - daarna vindt een automatische RESET plaats en gaat het alarmsys-
teem naar zijn uitgangspositie terug. U kunt het alarm op elk gewenst moment uitschakelen door op de „OFF“-
toets te drukken!
Als de bewegingsmelder voor het eerst wordt geactiveerd, heeft de PIR-sensor een warm-up
(opwarmtijd) van ca. 2 minuten nodig. De looptest/statusweergave knippert tijdens deze
opwarmtijd continu. Na het beëindigen van de warm-up gaat het systeem automatisch terug
naar de modus „Looptest“.
Magneetcontacten testen
Druk op de toets „HOME“ van de IR-afstandsbediening! Daardoor wordt de bewegingsmelder gedeactiveerd,
zodat alleen de magneetcontacten geactiveerd zijn.
Wacht ongeveer een minuut tot u een kort waarschuwingssignaal hoort! Het alarm staat nu op scherp. Om er
zeker van te zijn dat de alarminstallatie perfect functioneert, opent u nu een raam of een deur, waaraan u van
tevoren een magneetcontact hebt bevestigd! Het alarm (intern en extern) wordt nu in werking gesteld. Na ca.
1 minuut schakelt de alarmsirene uit en het systeem voert een automatische RESET uit.
Met behulp van jumper A kunt u kiezen tussen instant-alarm of vertraagd alarm. Als u kiest voor het vertraag-
de alarm, hoort u een waarschuwingssignaal.
In het geval van het instant-alarm klinkt de sirene meteen als het alarm in werking gesteld wordt.
9
Jedes Paar (Kontrolleinheit und Schlüssel) ist ab Werk mit allen der 6.561 möglichen Kombinationen codiert
worden. (Siehe Sticker!) Sollten Sie mehr Schlüssel benötigen, müssen diese neu codiert werden. Das folgen-
de Beispiel zeigt die Eingabe eines Codes in die Kontrolleinheit und den Schlüssel:
123
Adresse 1 o o o (1) ----- 2 Verbindungen zu 1 = 1
2 o o o (3) ----- 2 Verbindungen zu 3 = 3
3 o o o (2) ----- 2 (keine Verb.) = 2
4 ooo(2)
5 ooo(2)
6 ooo(3)
7 ooo(2)
8 o o o (1)
Die Codierung in unserem Beispiel lautet:
„13222321“.
Hinweis
Ein zusätzlicher IR-Kontrollschlüssel ist verfügbar, wenn die Codierung auf „22222222“ lautet.
Achten Sie unbedingt darauf, dass beide Einheiten letztlich über die gleiche Codierung verfügen!
Anschlussklemmen
- N.C. SENSOR Kontakt 1 und 2 = NORMALLY CLOSED (= Normal geschlossen). Hier werden die
Magnetkontakte angeschlossen.
Hinweis:
Wenn keine Magnetkontakte angeschlossen werden,müssen die Klemmen 1 und 2
überbrückt werden!
- RELAY O/P Kontakt 3 und 4. Hier handelt es sich um den Relais-Kontakt (offen), mit einer Kon-
taktbelastbarkeit von max. 1 A. An diesen Kontakt wird z.B. beiliegende Piezzo-
Sirene angeschlossen. Sie haben die Wahl diesen Anschluß als N.C.- oder N.O. -
Kontakt über den Jumper „C“ auszuwählen.
- 12V DC Kantakt 5 und 6. Hier wird beiliegendes Steckernetzgerät angeschlossen. Achten
Sie jedoch auf korrekte Polarität („+“ und “-„)!
Jumperfunktionen
Es gibt drei Jumper A, B und C. Die jeweilige Funktion wird wie folgt beschrieben:
Jumper A:
Jumper auf 1 = Delay Der Alarm ertönt nach Beendigung der Eintrittsverzögerung.
Jumper auf 2 = Instant Der Alarm ertönt sofort.
Hinweis:
Die Werkseinstellung ist auf Position 1 festgelegt.