Installation Instructions
39Installatie- en onderhoudshandleiding ThermoSystem 0020076265_00
9.2 Diagnosemodus
Voor het aflezen van de operationele toestand en voor
de diagnose van storingen kunnen in de diagnosemodus
verschillende parameters worden afgelezen.
• Druk tegelijkertijd op de toetsen "i" en "+", om de di-
agnosemodus op te roepen.
• Kies met de toetsen "+" en "–" het gewenste diagno-
sepunt.
• Druk op de toets "i", om de betreffende waarde weer
te geven.
Display Betekenis Instelbereik en fabrieksinstelling bij instelbare parameters
d.0 CV-deellast, instelbare waarden in KW Fabrieksinstelling: maximaal vermogen
d.1 Pompnalooptijd voor CV-functie Instelbereik: 2,3…60 min; Fabrieksinstelling: 5 min
d.2 Maximale branderwachttijd bij 20 °C Instelbereik: 2..60 min; Fabrieksinstelling: 20 min
d.4 Meetwaarde van de boilertemperatuur [°C]
d.5 Gewenste waarde van de aanvoertemperatuur/retour [°C] Actuele gewenste waarde, vastgesteld uit poti, regelaar, regelings-
wijze….
d.7 Gewenste boilertemperatuur (15 °C links, daarna 40 °C tot d.20 (max. 70 °C)
d.8 Kamerthermostaat op klem 3-4 Weergavewaarden: 0 = geopend = geen CV-functie;
1 = gesloten = CV-functie
d.9 Gewenste aanvoertemperatuur [°C] van de externe conti-
nuregelaar op klem 7-8-9/eBus
Minimum uit ext. eBus gewenste waarde en gewenste waarde Kl.7
d.10 Interne waterpomp 1 = aan, 0 = uit
d.11 Externe waterpomp 1–100 = aan, 0 = uit
d.12 Boilerlaadpomp 1–100 = aan, 0 = uit
d.13 Circulatiepomp: 1–100 = aan, 0 = uit
d.14 Instelling voor intern aangesloten pomp met toerentalre-
geling
Instelbereik: 0 = auto, 20..100 % inst. vaste waarde;
Fabrieksinstelling: 0
d.15 Actueel pompvermogen van de pomp met toerentalrege-
ling in %
d.17 Regelingswijze 0 = aanvoerregeling, 1 = retourregeling; Fabrieksinstelling: 0
d.18 Pompmodus (naloop) 0 = naloop; 1 = doorlopend; Fabrieksinstelling: 0
d.20 Maximale instelwaarde van de gewenste potiwaarde voor
de boiler
Instelbereik: 50 °C-70 °C; Fabrieksinstelling: 65 °C
d.22 Externe boilerlading, klem C1-C2 1 = aan, 0 = uit
d.23 Zomer-/winterfunctie: 1 = winter, 0 = zomer
d.24 Luchtdrukschakelaar 0 = contact open, 1 = contact gesloten
d.25 Boilerlading/warme start door warme startklok thermo-
staat/timer vrijgegeven: 1 = ja, 0 = nee
default: vrijgegeven
d.26 Intern toebehorenrelais op X 6 (roze stekker) 1 = circulatiepomp (in de fabriek);
2 = ext. pomp;
3 = boilerlaadpomp
4 = rookgasklep/afzuigkap Let op: invers aan d.27/28
5 = externe gasklep
6 = externe storingsmelding
d.27 Omschakelen toebehorenrelais 1 voor toebehoren 2 uit 7 1 = circulatiepomp (in de fabriek);
2 = ext.pomp
3 = boilerlaadpomp
4 = rookgasklep/afzuigkap
5 = externe gasklep
6 = externe storingsmelding
d.28 Omschakelen toebehorenrelais 2 voor toebehoren 2 uit 7 1 = circulatiepomp
2 = ext.pomp (in de fabriek);
3 = boilerlaadpomp
4 = rookgasklep/afzuigkap
5 = externe gasklep
6 = externe storingsmelding
d.30 Besturingssignaal voor gaskleppen 0=uit; 1=aan
d.33 Gewenste toerentalwaarde van de ventilator [10-1/min]
Tabel 9.2 Diagnosewaarden (vervolg volgende pagina)
Onderhoud 8