Installatiehandleiding ExaMaster
INHOUDSOPGAVE INLE I D I N G 1 Installatiehandleiding..........................................................................................................................3 1.1 1.2 1.3 2 Beschrijving van het apparaat.............................................................................................................3 2.1 2.2 3 Wettelijke verplichtingen.......................................................................................... 3 Functieschema...................................
INHOUDSOPGAVE ONDE R H O U D 13 Problemen oplossen.........................................................................................................................14 13.1 13.2 13.3 13.4 13.5 Foutdiagnose.........................................................................................................14 Onderhoudsmenu.................................................................................................. 14 Foutcodes van het systeem..................................................
INLEIDING INLEIDING 1 -- Europese Richtlijn 2006-95 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Gemeenschap over laagspanning Installatiehandleiding 1.1 Productdocumentatie -- Richtlijn over uitrusting voor telecommunicatie (richtlijn R&TTE 99/5/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschap) 2.
INLEIDING Respecteer de basisveiligheidsvoorschriften: • Zet de regelkast uit. • Verbreek de stroomtoevoer naar de regelkast. • Voer nadat het werk aan het apparaat is voltooid een bedrijfstest uit en controleer op veilige werking. 3.2 Wettelijke verplichtingen Bij de installatie en ingebruikname van dit apparaat moeten de besluiten, richtlijnen, technische reglementen, normen en voorschriften nauwkeurig gerespecteerd worden in hun huidige versie.
INSTALLATIE INSTALLATIE i 5 6 Alle afmetingen van de illustraties zijn weergegeven in millimeters (mm). 6.1 Installatie van het apparaat Afmetingen Plaatsing van het apparaat 290 • Informeer de gebruiker van het apparaat over de volgende vereisten. • Neem de nodige voorzorgsmaatregelen. Installeer het apparaat : -- in een vorstvrije ruimte, -- op 1,5 meter hoogte (volgens de geldende regelgeving) om een comfortabele en leesbare aflezing van de display te garanderen.
INSTALLATIE 6.3 Bevestiging • Zorg ervoor dat de gebruikte materialen voor het voltooien van de installatie overeenkomstig zijn met deze van het apparaat. • Bepaal de locatie van de montage. Ga naar het hoofdstuk “Plaatsing van het apparaat”. Legende 1 Schroeven voor bevestiging bovenaan 2 Plug 3 Boorgat • Boor het gat (3) met Ø 6 mm bovenste bevestigingspunt. • Plaats de plug (2) in het boorgat (3).
INSTALLATIE 7 Stap 3 Elektrische aansluitingen e 2 3 A 1 Onjuiste installatie kan leiden tot een elektrische schok of beschadiging van het apparaat. De elektrische aansluiting van het apparaat mag uitsluitend worden uitgevoerd door een erkende installateur. • Verbreek de stroomtoevoer in de meterkast van de woning voordat u de elektrische aansluiting maakt. • Sluit de elektrische installatie aan door de parameters aangegeven in het hoofdstuk "Technische gegevens" in acht te nemen.
INSTALLATIE De stekker RJ9 Ebus (4) wordt gebruikt voor diagnostiek van de installatie. De stekker RJ11 Ebus (5) wordt gebruikt voor de aansluiting van de Ebus uitbreidingskaart. 7.2 i Interne aansluiting 7.2.1 Legende 1 Connectoren (2 klemmen) : OUT1, OUT2, OUT3, IN2, IN3, NTC1, NTC2, NTC3 en NTC4 2 Connectoren Ebus (3 klemmen) 230V connectoren 7.
INSTALLATIE Legende 1 Stroomkabel 230V 2 Kabeldoorvoer 3 Stekker met trekontlasting 4 Voedingsconnector 5 Regelkast • Kies de taal met de toetsen . • Haal voorzichtig de kabeldoorvoer (2) uit de regelkast met behulp van een tang (A). • Bevestig met toets . • Voer de aansluiting van het apparaat uit volgens de handelingen (B) tot (D). • Plaats de stroomkabel (1) in de stekker met trekontlasting (3).
INSTALLATIE 9 Installatiemenu 9.1 In het installatiemenu van het apparaat kunt u verschillende instellingen voor de totale installatie uitvoeren. Beschrijving van de toetsen Toetsen Beschrijving De pijlen naar boven en beneden Met deze toetsen kunt u : - In de menu’s navigeren. - De ingestelde waarde verhogen/verlagen.
INSTALLATIE Een kamerthermostaat wordt toegewezen aan een zone in een woning. Als een multizonekit geselecteerd is, moet de instelling voor elke zone worden uitgevoerd. 9.6 Automatische test De installatie kan 1 tot 6 kamerthermostaten ondersteunen en één draadloze buitenvoeler. 9.5.1 Koppeling met de kamerthermosta(a)t(en) De aanpassing gebeurt op de regelkast en tevens op de kamerthermostaat.
INSTALLATIE 9.7 Instellingen 9.7.4 De instellingen resetten Met deze functie kunt u de parameters voor de regelkast resetten (terug naar de fabrieksinstellingen). b 9.8 Het terugkeren naar de fabrieksinstellingen kan niet ongedaan gemaakt worden. De aangepaste instellingen van de regelkast wordt gewist. Ingebruikname In dit menu kunt u de verschillende functies instellen voor alle aangesloten apparaten en kunt u alle parameters opnieuw instellen. 9.7.
INSTALLATIE i De status van het defect kan "inactief" zijn als de fout is verdwenen of "actief" als de fout nog steeds invloed heeft op de installatie. -- het opnieuw instellen van het defectenoverzicht. 9.10 Opties 10 Specifieke afstelling 10.1 De regelkast resetten Met deze functie kunt u de regelkast resetten (terug naar de fabrieksinstellingen). b Het terugkeren naar de fabrieksinstellingen kan niet ongedaan gemaakt. De aangepaste instellingen van de regelkast wordt gewist.
ONDERHOUD ONDERHOUD 13.2.2 13 Problemen oplossen 13.1 Testmenu In dit menu kunt u de werking van alle apparaten en systemen testen (verwarmingsketel, warmtepomp, kleppen,...) die zich in de installatie bevinden. De algemene werking van elk onderdeel kan worden gecontroleerd door de normale functie of een component ervan te activeren.
ONDERHOUD 13.3 Foutcodes van het systeem i Codenummer De fouten die in dit hoofdstuk worden beschreven, moeten worden behandeld door een erkende installateur en indien nodig door de servicedienst van AWB. Beschrijving Mogelijke oorzaak Oplossing Fout in Ebus-communicatie met de verwarmingsketel De verwarmingsketel is niet aangesloten op de regelkast. De polariteit van de kabel is omgekeerd. De verwarmingsketel staat uit. Controleer of verwarmingsketel is aangesloten op de regelkast.
TECHNISCHE GEGEVENS 13.4 Defecten aan de regelkast De fouten die in dit hoofdstuk worden beschreven, moeten worden behandeld door een erkende installateur en indien nodig door de servicedienst van AWB. i Beschrijving Geen weergave op het scherm 13.5 • Vervang de smeltzekering volgens de handelingen (A) tot (F). Mogelijke oorzaak Oplossing De elektrische voeding is defect. De smeltzekering is kapot. Controleer of er geen onderbreking is in de elektrische stroomtoevoer.
Onder voorbehoud van technische wijzigingen 0020094577_01 - 12/10 AWB Postbus 2138, 5700 DA Helmond T (0492) 46 95 00 F (0492) 46 95 09 E info@awb.nl www.geniahybrid.nl www.awb.