Operation Manual
Definiëren van gespreksontvangst
16 FRITZ! – 3 In het kort
Definiëren van gespreksontvangst
In het tabblad „ISDN“ definieert u de instellingen voor de
gespreksontvangst in de FRITZ!-modules. U vindt het in de
modules FRITZ!data, FRITZ!fax, FRITZ!fon en FRITZ!vox.
Gespreksontvangst
Omdat FRITZ!fax, FRITZ!fon en FRITZ!vox alle het kenmerk
„Spraak“ gebruiken, moet u de optie „Alle binnenkomende
gesprekken“ deactiveren. Als deze optie is uitgeschakeld en
deze module tegelijkertijd is geopend, kan bijvoorbeeld
FRITZ!fax onbedoeld binnenkomende faxoproepen aanne-
men. Bovendien komen in dat geval geen oproepen bij aan-
gesloten telefoons aan.
Definiëren van de gespreksontvangst (FRITZ!fon)
Binnenkomende gesprekken worden aan deze modules
slechts dan ondubbelzinnig toegewezen als in de modules
verschillende MSN’s voor de gespreksontvangst gedefini-
eerd zijn.
Eigen MSN
Dit is het nummer waaronder een FRITZ!-module uitgaande
gesprekken moet verzenden. Bij het maken van verbinding
wordt het op het communicatieadres weergegeven. U kunt
voorkomen dat uw MSN bij het communicatieadres weerge-
geven wordt door de optie „Onderdrukken (CLIR)“ te active-
ren.
De functie „CLIR“ moet mogelijk door de lokale telefooncen-
trale gedeblokkeerd worden.
Alle andere specificaties op het tabblad „ISDN“ zijn afhanke-
lijk van het programma. Ze zijn in de on-line-Help van de
betreffende FRITZ!-module beschreven.










