Operation Manual
NL 7
UW GASKOOKPLAAT Veiligheidsvoorschriften
Veilig gebruik
Het apparaat wordt heet tijdens gebruik en blijft dit enige tijd na •
uitschakeling. Raak het apparaat daarom niet aan zolang het heet is.
Trek altijd ovenwanten aan of gebruik pannenlappen als u met het •
apparaat werkt.
Zorg ervoor dat ovenwanten of pannenlappen niet te dicht bij º
de vlam komen.
Verwarm geen dichte blikken en dergelijke op de kookplaat. •
Er ontstaat een overdruk waardoor de blikken uiteenspatten. º
U kunt zich hierdoor verwonden/verbranden.
Het apparaat mag niet in de buitenlucht geplaatst en gebruikt •
worden.
Gebruik het apparaat niet als werkblad. •
Het apparaat kan per ongeluk worden ingeschakeld of nog heet º
zijn, waardoor voorwerpen kunnen smelten, heet worden of
vlam vatten.
Dek het apparaat nooit af met een doek of iets dergelijks. •
Als het apparaat nog heet is of wordt ingeschakeld, bestaat er º
brandgevaar.
Wees extra voorzichtig wanneer u met olie of vetten werkt. •
Oververhitte olie of vetten kunnen vlam vatten. Brandgevaar! º
Mocht het vet of olie vlam vatten, gebruik dan nooit water º
voor het blussen!
Doof de vlammen met een geschikte deksel, een vochtige doek º
of iets dergelijks.
Wanneer onder het apparaat een lade zit, zonder tussenbodem, •
mogen daarin geen licht ontvlambare voorwerpen/stoffen worden
bewaard.