Operation Manual
Table Of Contents
- Inhoudsopgave
- Hoofdstuk 1: Kennismaken met de onderdelen
- Hoofdstuk 2: Aan de slag
- Hoofdstuk 3: De Eee PC gebruiken
- Hoofdstuk 4: Ondersteunings-dvd & systeemherstel
- Appendix
- Bekendmakingen en veiligheidsverklaringen
- FCC-verklaring (Federal Communications Commission)
- Waarschuwing van FCC voor blootstelling aan radiofrequenties (RF)
- Verklaring van conformiteitR&TTE-richtlijn (1999/5/EG)
- Waarschuwing CE-markering
- Verklaring IC-stralingsblootstelling voor Canada
- Draadloos gebruikskanaal voor verschillende domeinen
- Beperkte draadloze frequentiebanden Frankrijk
- UL-veiligheidsrichtlijnen
- REACH
- Vereiste spanningsveiligheid
- Lithium-waarschuwingen voor Noord-Europa (voor lithium-ionbatterijen)
- Copyright-informatie
- Beperkte aansprakelijkheid
- Service en ondersteuning
- Bekendmakingen en veiligheidsverklaringen

Hoofdstuk 2: Aan de slag
2-6
Netwerkverbinding
Een draadloze netwerkverbinding congureren
1. Dubbelklik op het gekruiste pictogram voor draadloze netwerken
in de taakbalk van het besturingssysteem.
3. Wanneer u een verbinding maakt, is het mogelijk dat u een
wachtwoord moet invoeren.
2. Selecteer het draadloze toegangspunt waarmee u een verbinding
wilt maken in de lijst en klik op Verbinding maken om de
verbinding tot stand te brengen.
Als u het gewenste toegangspunt niet kunt vinden, klikt u in het
linkerdeelvenster op Netwerklijst vernieuwen en zoekt u opnieuw
in de lijst.
Als het pictogram voor de draadloze verbinding niet verschijnt
in de taakbalk. Activeer de draadloze LAN-functie door op
+
(<Fn> + <F2>) te drukken voordat u een draadloze
netwerkverbinding congureert.
4. Nadat een verbinding is gemaakt, wordt deze weergegeven in de
lijst.
5. U ziet het pictogram voor draadloze netwerken in het
systeemvak.
Het pictogram voor de draadloze verbinding verdwijnt wanneer
u op + (<Fn> + <F2>) drukt om de WLAN-functie uit te
schakelen.