HET GEBRUIK VAN DE WASMACHINE Asko W 421 PT 1985 (02.
INHOUD Pagina Tips voor ingebruikname van de machine De transportsteunen verwijderen Afvalverwijdering Het gebruik in het kort Accessoires Technische gegevens Onderdelen Installatie De was sorteren Vlekken verwijderen Bedieningspaneel Keuzeschakelaars Wasprogramma’s Controlelampjes Display Opnieuw programmeren Het deksel openen Wasmiddel doseren De machine aanzetten Wanneer de machine is gestopt Verzorging en onderhoud Als de machine niet werkt Service en garantie Veiligheid Programma tabel 3 3 3 4 5 5 6 6
TIPS VOOR INGEBRUIKNAME VAN DE MACHINE Waarschuwing! Lees voordat u de machine gaat gebruiken de gehele gebruiksaanwijzing zorgvuldig door. Bewaar deze instructies voor later en voor eventuele andere gebruikers. In deze instructies vindt u informatie over gebruik, onderhoud en installatie van uw wasmachine en daarnaast enkele technische gegevens. U leert op de juiste manier met uw wasmachine omgaan, waardoor u bespaart op onderhoudskosten.
HET JUISTE PROGRAMMA KIEZEN • Zorg dat de wasmachine vol is (indien mogelijk). Zo bespaart u water en energie. • Gebruik geen ‘zwaarder’ programma dan nodig is. • Maak alleen gebruik van het voorwasprogramma als het wasgoed erg vuil is. • Als u een kleine hoeveelheid wast of als het wasgoed niet zo vuil is, kunt u synthetisch materiaal of super kort was kiezen. • Kies het programma 60 °C katoen of het zuinige 60 °C ecoprogramma voor licht vervuilde witte was.
6. Kies met behulp van de diverse knoppen de andere opties. Schakel de machine in door op de knop START/PAUZE te drukken. 7. Draai de programmaschakelaar naar als de machine is gestopt, draai de kraan dicht en open het deksel en de trommelkleppen van de machine. Haal uw was uit de machine. Laat de trommelkleppen een paar uur open staan zodat de machine van binnen kan drogen.
ONDERDELEN Bedieningspanel Deksel Knop voor openen van het deksel Pomp (kan worden gereinigd) Hendel voor verstellen van de wieltjes Binnendeksel Bakjes voor wasmiddel en wasverzachter (onder binnendeksel) Verstelbare poten INSTALLATIE De wasmachine kan worden geïnstalleerd in keuken, badkamer of bijkeuken of in een andere ruimte waar een watertoevoer, waterafvoer en elektriciteitsaansluiting is. De ondergrond moet zo vlak mogelijk zijn. Tijdens het centrifugeren verschuift de machine niet.
ELEKTRISCHE INSTALLATIE Als een smeltzekering van minimaal 10A aanwezig is, zijn geen speciale elektrische voorzieningen voor uw wasmachine vereist. Wij raden u aan geen andere grote machines op dezelfde groep aan te sluiten om doorslaan van de zekering te voorkomen. Waarschuwing! Indien de aansluitkabel beschadigd raakt, dient deze te worden vervangen. Een nieuwe kabel (voorzien van connectoren) kunt u aanschaffen via de technische dienst van de leverancier.
Bij verlenging van de slang mag de weerstand in de slang niet hoger worden. In dit geval dient de slang lager dan normaal te worden gehangen. Door onjuiste installatie van de slang kan een zogenaamd “zwanenhalseffect” optreden waardoor het water niet kan weglopen en het wasproces wordt gestopt. Dit is bijvoorbeeld het geval als de slang op de grond ligt. De machine wordt goed gevuld en geleegd als de slang op de juiste hoogte hangt (zie afbeelding). A.
HOEVEEL IS 3,0 KG WASGOED De machine kan maximaal 3,0 kg wasgoed bevatten. Dit is ongeveer gelijk aan twee kussenslopen, twee onderlakens, twee dekbedovertrekken en een paar handdoeken. Voor een aantal wasprogramma’s is de maximale hoeveelheid wasgoed 1,2 kg en is de trommel dus halfvol. Voor wol- en fijnwasprogramma’s is net als voor handwas de aanbevolen hoeveelheid maximaal 1,0 kg. Stop bij grote lakens ook kleinere kledingstukken in de machine.
VLEKKEN VERWIJDEREN De meeste vlekken verdwijnen door het wassen in de wasmachine. Vet, lipstick, fruit, chocolade en koffie lossen op in een 60 °C was, mits de kleding op 60 °C kan worden gewassen. Na de eerste keer wassen kan nog een lichte vlek zichtbaar zijn, maar deze vervaagt en verdwijnt na een paar wasbeurten. Sommige vlekken moeten voor het wassen eerst behandeld worden, vooral als de kleding alleen op het fijnwasprogramma gewassen mag worden.
BEDIENINGSPANEEL Display Programmakeuzeschakelaar Lampjes programmavoortgang Aparte keuzetoetsen KEUZESCHAKELAARS PROGRAMMAKEUZESCHAKELAAR Draai de programmakeuzeschakelaar naar het gewenste programma. Start het programma door op de knop START/PAUZE te drukken. U kunt de keuzeschakelaar zowel naar rechts als naar links draaien. Deze schakelaar is tevens de hoofdschakelaar van de machine.
APARTE KEUZETOETSEN Druk op de keuzetoets = De functie is ingeschakeld en het controlelampje gaat branden Druk nogmaals op de keuzetoets = De functie is uitgeschakeld en het controlelampje gaat uit TEMPERATUURKIEZER Met behulp van de temperatuurkiezer kunt u de wastemperatuur van het programma verlagen. Druk net zo lang op de knop totdat de gewenste temperatuur wordt weergegeven in het display.
START/PAUZE KNOP START/PAUSE Start de machine door te drukken op de knop START/PAUZE als u het wasprogramma hebt geselecteerd. Druk op de hoofdschakelaar als u het programma wilt onderbreken. CENTRIFUGESNELHEID/NIET CENTRIFUGEREN Centrifugeren van het wasgoed verkort de droogtijd van uw was. Wij raden u aan de functie centrifugeren te selecteren in elk wasprogramma behalve als u strijkvrij textiel of linnengoed wast. Kort centrifugeren (900 tpm) of lang centrifugeren op een lagere snelheid (bijv.
3. KATOEN 40 °C Dit programma is bedoeld voor 2 tot 2,5 kg witte of bonte normaal vervuilde was of een volle machine (3,0 kg) met licht vervuilde witte of bonte was. Het programma begint met 10 minuten koud wassen waardoor vlekken die proteïne bevatten gemakkelijker worden verwijderd. Vervolgens wordt het water verwarmd tot de geselecteerde temperatuur. De hoofdwas wordt gevolgd door drie spoelgangen en lang centrifugeren. 4.
11. 1 SPOELING + LANG CENTRIFUGEREN Dit programma is geschikt voor katoen. Het programma bestaat uit een spoelgang, lang centrifugeren op maximumsnelheid en rustig uitdraaien van de trommel. 12. 1 SPOELING + KORT CENTRIFUGEREN Dit programma is geschikt voor katoen, viscose en synthetisch materiaal. Het programma bestaat uit een spoelgang, kort centrifugeren (900 tpm) en rustig uitdraaien van de trommel. 13. AFPOMPEN Deze functie pompt het water weg zonder te centrifugeren.
Het display en de controlelampjes geven de storing aan om welke storing het gaat.
In de programmeermodus: Keuzeknop Functie Display Lampje keuzeknop Aan/Uit Veiligheidsslot Ch.on/— Aan/Uit Geluidssignaal bu.on/— Aan/Uit Volume geluidssignaal bu. 0 bu. 1/2/3 Uit Aan/Aan/Aan Lampje programma voortgang Centrifugeren aan en Stop knippert Druk ten minste 6 seconden op de knop START/PAUZE of wacht ten minste 6 seconden na het drukken op een keuzeknop om de programmeermodus te verlaten. VEILIGHEIDSSLOT Selecteer het programma en de gewenste keuzefuncties.
GELUIDSSIGNAAL Druk eerst ten minste 3 seconden op de knop START/PAUZE en schakel daarna het geluidssignaal in door op de keuzeknop te drukken . VOLUME GELUIDSSIGNAAL Druk eerst ten minste 3 seconden op de knop START/PAUZE en kies daarna het gewenste geluidsvolume. Door te drukken op de keuzeknop wordt het volume van het geluidssignaal automatisch ingesteld – 0 (uit)/1 (laag)/2 (normaal)/3 (hoog) Nu hoort u een ononderbroken zoemer.
VOORWAS Doe het wasmiddel bovenop de trommelkleppen of in het bakje voor de voorwas (1). HOOFDWAS Doe het wasmiddel in het bakje voor de hoofdwas (2). VLOEIBAAR WASMIDDEL Zowel voor de voorwas als de hoofdwas kan een vloeibaar wasmiddel worden gebruikt. Druk daarvoor het kunststofplaatje omlaag. WASPOEDER Haal het kunststofplaatje omhoog. 3 1 2 WASVERZACHTER Doe wasverzachter in het hiervoor bestemde bakje (3). Deze wordt automatisch toegevoegd aan de laatste spoelbeurt.
NB. Als het deksel langer open is dan 2,5 minuut terwijl een programma actief is, klinkt een waarschuwingssignaal en beginnen de voortgangslampjes voorwas en hoofdwas te knipperen. Bovendien de melding ‘E01’ verschijnt in het display. Draai bij een storing eerst de programmakeuzeschakelaar naar het symbool Sluit het deksel en de trommelkleppen van de machine. Kies het programma opnieuw en start de machine door op de knop START/PAUZE te drukken.
VERZORGING EN ONDERHOUD Haal altijd de stekker uit het stopcontact voordat u de machine schoonmaakt. Trek hierbij nooit aan het snoer. DE AFVOERPOMP REINIGEN De afvoerpomp bevindt zich aan de voorzijde van de machine. Mocht er een voorwerp in de pomp terechtkomen, dan draait het blad van de pomp de andere kant op en wordt het voorwerp verwijderd. Als grote voorwerpen in de pomp terechtkomen, kan de pomp geblokkeerd raken.
Als dit niet helpt, maak dan de machine schoon met citroenzuur (verkrijgbaar bij drogist). Strooi 50-100 g citroenzuur op de klep van de trommel of in het wasmiddelbakje. Draai het 90 °C programma voor katoen. Herhaal indien nodig de behandeling. Laat de lege machine nog eenmaal draaien op 90 °C met een wasmiddel dat fosfaat bevat. Voor het verwijderen van kalk- en roestaanslag zijn ook speciale verwijderaars verkrijgbaar. Neem contact op met de technische dienst voor meer informatie hierover.
VEILIGHEID De machine is veilig mits deze op de juiste wijze wordt gebruikt en geïnstalleerd. De machine wordt geleverd met: • Overloopschakelaar • Beveiliging tegen drooglopen • Terugloopsysteem • Watertoevoer wordt geregeld door waterpeil (drukregelaar) De machine werkt niet als het buitendeksel nog open staat. Het deksel kan niet worden geopend tijdens het spoelen of centrifugeren. Alle overige functies worden onderbroken als het deksel wordt geopend.
60 60 60 40 30 60 40 30 30 40 30 Katoen met ecowas Katoen met voorwas Katoen** Katoen Katoen Synthetisch Synthetisch Synthetisch Super kort progr. Wol Handwas 0,9 0,9 0,8 0,5 0,4 0,5 0,3 0,2 0,2 0,4 0,3 44 39 39 39 30 30 30 22 40 40 140 130 85 80 80 70 65 25 35 30 3,0 3,0 3,0 3,0 1,2 1,2 1,2 1,0 1,0 1,0 + 20 min 39 3,0 150 E2 1,4 44 125 3,0 * Deze getallen bij een temperatuur van 15 °C, spanning 230 V.