Operation Manual
16
Videoapparaat aansluiten
U kunt videoapparaten, zoals videorecorders, dvd-spelers, camcorders,
digitale camera’s, videospelconsoles, HDTV-ontvangers en TV-tuners
aansluiten op de projector. Er is ook audio-invoer mogelijk via de rode en
witte A/V-connectors. U kunt de audio rechtstreeks op de projector
aansluiten om geluid weer te geven via de ingebouwde luidspreker of u
kunt de audio aansluiten op uw stereo-installatie via de Audio Out-
connector.
U kunt de projector aansluiten op de meeste videoapparaten die video
kunnen uitvoeren. U kunt de coaxkabel tussen uw huis en een kabel- of
satellietmaatschappij niet rechtstreeks aansluiten. Het signaal moet eerst
een tuner passeren. Voorbeelden van tuners zijn digitale kabelkastjes,
videorecorders, digitale videorecorders en kastjes voor satelliet-TV. In
principe wordt elk apparaat waarmee van kanaal kan worden veranderd als
tuner beschouwd.
Voordat u de projector gaat aansluiten, moet u beslissen welke hoogte-
breedteverhouding u wilt gebruiken. De instelling voor de hoogte-
breedteverhouding van de projector is toegankelijk via het menu Picture
(Beeld) van de projector. Zie pagina 35 voor meer informatie.
Wat wordt verstaan onder breedte-hoogteverhouding?
De breedte-hoogteverhouding is de verhouding van de breedte van het
beeld ten opzichte van de hoogte van het beeld. De meeste TV-schermen
gebruiken 4:3. Dit is de standaardinstelling voor deze projector. HDTV en
de meeste dvd’s werken met 16:9. Als u projecteert op een scherm, is de
grootte of vorm van het scherm mogelijk bepalend voor de breedte-
hoogteverhouding die u moet gebruiken. Als u projecteert op een lege
muur, geldt de beperking van de schermgrootte niet. Wat u wilt gaan
projectoren is eveneens mede bepalend voor uw keuze tussen 4:3 en 16:9.
De meeste TV-shows, bijvoorbeeld, zijn 4:3, terwijl de meeste films 16:9 zijn.
Als u over een 16:9-scherm beschikt, selecteert u een breedte-
hoogteverhouding van 16:9 voor anamorfische films of HDTV, en Native
voor 4:3-beelden. Als u over een 4:3-scherm beschikt, gebruikt u nog steeds
16:9 voor anamorfische films of HDTV, maar kunt u kiezen tussen 4:3 (om
het scherm te vullen) of Native (voor directe pixeltoewijzing) bij 4:3-
beelden. Houdt u er rekening mee dat anamorfische films alleen correct
worden weergegeven als de dvd-speler is ingesteld voor uitvoer naar een
breedbeeldtelevisie (16:9).
4:3-scherm 16:9-scherm
Niet gebruiken
4:3-
modus
16:9-
modus
Native-
modus
(uitsluitend
NTSC)