6538Gen_UG.
Conformiteitsverklaring FCC-waarschuwing Wij verklaren geheel onder eigen verantwoordelijkheid dat deze projector conform onderstaande richtlijnen en normen is: Opmerking: Deze apparatuur is getest op en voldoet aan de limieten van een digitaal apparaat van klasse B, krachtens deel 15 van de FCC-voorschriften. Deze limieten zijn bestemd om redelijke bescherming tegen gevaarlijke storingen te bieden van installaties in een woongebied.
Als u ervaring hebt met het opstellen van presentatiesystemen, kunt u gebruikmaken van de snelstartkaart die met de projector is meegeleverd.
Belangrijke veiligheidsmaatregelen bij bediening • Plaats de projector in een horizontale positie onder een hoek van niet meer dan 15 graden ten opzichte van de as. • Installeer de projector op een goedgeventileerde locatie waar de in- en uitlaatventilatiegaten niet worden geblokkeerd. Plaats de projector niet op een tafelkleed of andere zachte bedekking die de ventilatiegaten kan blokkeren. • Plaats de projector op een afstand van minimaal 1,2 m van verwarmings- of koelinstallaties.
Inleiding toetsenpaneeltje luidspreker Uw nieuwe digitale projector wordt vlot aangesloten en is gemakkelijk te gebruiken en te onderhouden. Het is een veelzijdig apparaat dat flexibel genoeg is voor zowel zakelijke presentaties als video-avondjes thuis.
Connectorpaneel De projector biedt zowel computer- als videoaansluitingen, zoals: • M1 voor computer en video • S-Video • Composite RCA audio/video De projector beschikt tevens over de volgende connectors: • Beeldschermuitgang • Audio-uitgang • 12 Volt gelijkstroomuitgang (zie onder) M1 computer 12 Volt Beeldscherm gelijkstroomuitgang 12 Volt gelijkstroomuitgang +12 V De 3,5 mm mini-jack biedt een 12 Volt gelijkstroomuitgang.
Projector plaatsen 3 ,7 Houd bij het bepalen van de positie van de projector rekening met de grootte en vorm van uw scherm, de locatie van uw stopcontacten en de afstand tussen de projector en de rest van uw apparatuur. Hier volgen enkele algemene richtlijnen: • Plaats de projector op een vlakke ondergrond onder de juiste hoek ten opzichte van het scherm. De projector moet minimaal 1,49 m van het projectiescherm verwijderd zijn.
Aansluitgids voor projector en apparaat U kunt de volgende afbeelding en tabel gebruiken om de connectors te vinden die u wilt gebruiken en om de best mogelijke resolutie te verkrijgen voor uw invoerapparaten, zoals computers, standaard videorecorders, dvd-spelers (progressief en interlaced), HDTV-bronnen (1080i, 1035i en 720p HDTVindelingen), TV- en satelliettuners, camcorders, videospellen (progressief en interlaced) en laserdisc-spelers.
Videoapparaat Videocompatibiliteit Standaard TV-toestel (niet HDTV) via: kabel, digitale kabel, satelliet-TV, dvd of videorecorder NTSC, PAL en SECAM Type apparaatconnector Aansluiten op adapter of gelabelde connector op projector Locatie installatieinstructies Composite Video of S-Video Composite Video of S-Video Composite-videoaansluiting op pagina 17. Opmerkingen Niet voor bronnen met progressieve scan (bijv. HDTV). Zie pagina 10. S-Videoaansluiting op pagina 17.
Videoapparaat Videocompatibiliteit Type apparaatconnector Aansluiten op adapter of gelabelde connector op projector 1080i, 720p VGA Computeringang Component Video Computeringang via optionele M1-naarComponent-adapter HDTV (High Definition TV) Dvd-speler met progressieve scan Videospel met progressieve scan 1080i, 720p VGA Computeringang Component 480p Component Video Computeringang via optionele M1-naarComponent-adapter 1080i, 720p VGA Computeringang Component 480p Component Video Com
Computerbron aansluiten computerkabel aansluiten Vereiste computeraansluitingen Steek het ene uiteinde van de meegeleverde computerkabel (zie pagina 16 voor het aansluiten van videoapparaten) in de blauwe M1-connector Computer In van de projector. Steek de andere uiteinden (USB en VESA) in de USB- en VGA-poorten van uw computer. Als u een desktopcomputer gebruikt, moet u eerst de beeldschermkabel loskoppelen van de videopoort van uw computer.
Beeld van computerbron weergeven lensdop verwijderen Verwijder de lensdop. Zet de Power-schakelaar aan de zijkant van de projector op On (Aan). De LED knippert groen en de ventilatoren beginnen te draaien. Wanneer de lamp aangaat, wordt het opstartscherm weergegeven en brandt de LED continu groen. Het kan een minuut duren voordat het beeld helemaal helder is. aan/uit-schakelaar verplaatsen ? Geen opstartscherm? Zie pagina 21 voor hulp. Zet uw computer aan.
Beeld afstellen hoogte afstellen Stel de hoogte van de projector zo nodig bij. Druk hiervoor op de releaseknop om het verstelbare voetje uit te schuiven. draaien aan stelvoetje Draai zo nodig met de hand aan het stelvoetje aan de achterkant van de projector. voetje Plaats uw handen niet in de buurt van de hete ventilatiegaten aan de voorzijde van de projector.
Projector voor het eerst gebruiken met Windows 98 a De eerste keer dat u een computer met Windows 98 op de projector aansluit, herkent de computer de projector als ‘nieuwe hardware’ en wordt de wizard Nieuwe hardware weergegeven. Volg de onderstaande instructies om met behulp van de wizard het juiste stuurprogramma te laden (het stuurprogramma is geïnstalleerd met uw Windows-besturingssysteem).
Sla deze pagina over als u geen USB-muiskabel hebt aangesloten Voor Windows 98: • Als u de USB-kabel hebt aangesloten, wordt de wizard Nieuwe hardware nogmaals weergegeven. De installatie van USBstuurprogramma’s is vereist om de USB-functie te kunnen gebruiken. • De Wizard start driemaal op. De eerste maal wordt een USB composite device gevonden. De tweede maal wordt een USB human interface device (voor het toetsenbord) gevonden. De derde maal wordt een USB human interface device (voor de muis) gevonden.
beelden. Houdt u er rekening mee dat anamorfische films alleen correct worden weergegeven als de dvd-speler is ingesteld voor uitvoer naar een breedbeeldtelevisie (16:9). Videoapparaat aansluiten U kunt videoapparaten, zoals videorecorders, dvd-spelers, camcorders, digitale camera’s, videospelconsoles, HDTV-ontvangers en TV-tuners aansluiten op de projector. Er is ook audio-invoer mogelijk via de rode en witte A/V-connectors.
Aansluitingen voor videoapparaat Composite-videoaansluiting A/V-kabel aansluiten Steek de gele connector van de meegeleverde A/V-kabel in de “Video-out”connector van het videoapparaat. Steek de andere gele connector in de gele Video 2-connector van de projector. Steek een witte connector in de linker Audio Out-connector van het videoapparaat en steek een rode connector in de rechter Audio Outconnector van het videoapparaat.
VGA-aansluiting Als uw videoapparaat over een 15-pins VGA-uitgang beschikt, steekt u het ene uiteinde van de meegeleverde computerkabel in de VGA-connector van uw videobron. Deze connector bevat mogelijk de label “To Monitor” op de videobron. Steek het M1-uiteinde van de computerkabel in de Computer In-connector van de projector. Sluit het USB-uiteinde van deze kabel niet aan op het videoapparaat.
Videobeeld weergeven lensdop verwijderen Verwijder de lensdop. Zet de Power-schakelaar aan de zijkant van de projector op On (Aan). aan/uit-schakelaar verplaatsen De LED knippert groen en de ventilatoren beginnen te draaien. Wanneer de lamp gaat branden, wordt het opstartscherm weergegeven en brandt de LED continu groen. Het kan een minuut duren voordat het beeld helemaal helder is. ? Geen opstartscherm? Zie pagina 22 voor hulp. videoapparaat aanzetten Sluit uw videoapparaat aan en schakel het in.
Pas de zoom en scherpstelling aan. zoom of scherpstelling aanpassen scherpstelling (dunne ring) Als het beeld niet vierkant is, stelt u de keystonecorrectie bij met de toetsen van het toetsenpaneeltje. Druk op de bovenste Keystone-toets om het bovenste gedeelte van het beeld te verkleinen en druk op de onderste Keystone-toets om het onderste gedeelte te verkleinen. keystonecorrectie Stel het volume bij via het toetsenpaneeltje of de afstandsbediening.
De projector uitschakelen Problemen met uw installatie oplossen De projector geeft automatisch een zwart scherm te zien als gedurende 30 minuten geen actieve bron is gedetecteerd. Dit spaart de levensduur van de projector. Het beeld verschijnt opnieuw wanneer bronactiviteit wordt waargenomen of wanneer een toets op de afstandsbediening of het toetsenpaneeltje wordt ingedrukt. Als het geprojecteerde beeld er correct uitziet, gaat u onmiddellijk naar het volgende gedeelte.
Probleem Oplossing Resultaat geen opstartscherm netsnoer aansluiten aan linkerkant van projector lensdop verwijderen aan/uit-schakelaar gebruiken correct beeld Start u Scre p en aan/uit-schakelaar aan zijkant gebruiken op toets Computer drukken poort voor externe video op laptop activeren alleen opstartscherm verschijnt A Startu p Scree n computerbeeld wordt geprojecteerd A laptop opnieuw opstarten 22 A
Probleem Oplossing Resultaat geen computerbeeld, alleen de woorden ‘Signal out of range’ (signaal buiten bereik) op toets Auto Image op toetsenpaneeltje drukken computerbeeld wordt geprojecteerd A Signa l rang out of e vernieuwingsfrequentie computer aanpassen op Configuratiescherm > Beeldscherm > Instellingen > Geavanceerd > Adapter (locatie varieert per besturingssysteem) mogelijk moet u een andere resolutie instellen op uw computer, zoals in het volgende probleem “Beeld is vaag of afgesneden” 2
Probleem Oplossing Resultaat beeld is vaag of afgesneden beeldschermresolutie van uw computer instellen op native resolutie van de projector (Start > Instellingen > Configuratiescherm > Beeldscherm > tabblad Instellingen) 800x600 selecteren beeld is scherp en niet afgesneden AA A beeld niet gecentreerd op scherm A Bij een laptop schakelt u het scherm uit of zet u de modus voor dubbel beeldscherm aan projector verplaatsen, zoom bijstellen, hoogte bijstellen horizontale of verticale positie aanpas
Probleem Oplossing Resultaat beeld is geen vierkant keystonecorrectie instellen op toetsenpaneeltje beeld is een vierkant beeld niet scherp scherpte (Sharpness) bijstellen in menu Picture > Advanced (alleen videobronnen) correct beeld AB 4:3-beeld past niet op 4:3- of 16:9-scherm AB breedte-hoogteverhouding in 4:3 of 16:9 in menu Picture (Beeld) > Aspect Ratio (Breedehoogteverhouding) 25 correct beeld
Probleem Oplossing Resultaat beeld ondersteboven optie Ceiling (Plafond) uitschakelen in menu Settings (Instellingen) > System (Systeem) correct beeld AB spiegelbeeld AB Rear (projectie achter scherm) uitschakelen in menu Settings (Instellingen) > System (Systeem) correct beeld A geprojecteerde kleuren komen niet overeen met bron AB kleur, tint, kleurtemperatuur, helderheid of contrast bijstellen in de menu’s correct beeld COLOR COLOR 26
Probleem Oplossing Resultaat de videobeelden die zijn opgenomen in mijn PowerPoint-presentatie worden niet afgespeeld op het scherm interne LCD-scherm van uw laptop uitschakelen opgenomen videobeelden worden correct afgespeeld A B A A B lamp gaat niet aan, LED knippert rood ervoor zorgen dat ventilatiegaten niet zijn geblokkeerd, projector uitschakelen en één (1) minuut laten afkoelen B A lamp gaat aan Start u Scre p en LED 27 B
Probleem Oplossing Resultaat bericht “Change lamp” (Lamp vervangen) weergegeven bij opstarten oflamp gaat niet aan en LED knippert rood lamp vervangen (zie pagina 41) lamp gaat aan LED Start u Scre p en lamp vervangen 28
het bevriezen van het beeld of het wijzigen van de breedtehoogteverhouding voor het bekijken van dvd’s (zie pagina 39 voor meer informatie over het programmeren van deze toets). Afstandsbediening gebruiken De afstandsbediening werkt op twee (2) meegeleverde AA-batterijen. Installeer de batterijen eenvoudig als volgt: schuif het deksel van de achterzijde van de afstandsbediening af, zorg dat de polariteit (+ en -) van de batterijen klopt, schuif de batterijen op hun plaats en plaats het deksel terug.
Geluid gebruiken audiokabel aansluiten De luidsprekers van de projector gebruiken Als u de luidsprekers van de projector wilt gebruiken, sluit u uw bron aan op de Audio In-connectors (L en/of R) op de Composite-connectors van de projector. U kunt het volume regelen met de Volumetoetsen van het toetsenpaneeltje of de afstandsbediening. U kunt het geluid uitschakelen door op de toets Mute (Geen geluid) op de afstandsbediening te drukken.
Toetsen op toetsenpaneeltje gebruiken De meeste toetsen worden gedetailleerd beschreven in andere gedeelten. Hier volgt een overzicht van hun functies: Menu – hiermee opent u de schermmenu’s (pagina 34). menunavigatietoetsen Select – hiermee bevestigt u de gemaakte keuzen in de menu’s (pagina 34). pijl-omhoog/pijl-omlaag – hiermee navigeert u naar de instellingen in de menu’s en wijzigt u deze (pagina 34). Auto Image – hiermee stelt u de projector opnieuw op de bron in.
Computerbeelden optimaliseren Presentatiefuncties Nadat uw computer correct is aangesloten en het computerbeeld op het scherm staat, kunt u het beeld optimaliseren met de schermmenu’s. Algemene informatie over het gebruik van de menu’s vindt u op pagina 34. De projector beschikt over verschillende functies die het geven van presentaties vergemakkelijken. Hieronder volgt een overzicht. Details vindt u in het menugedeelte.
Videobeelden optimaliseren Projector afstemmen op uw behoeften Nadat uw videoapparaat correct is aangesloten en het beeld op het scherm wordt weergegeven, kunt u het beeld optimaliseren met de schermmenu’s. Algemene informatie over het gebruik van de menu’s vindt u op pagina 34. U kunt de projector afstemmen op uw specifieke situatie en behoeften. Zie pagina 38 t/m pagina 40 voor details over deze functies.
Menu’s gebruiken Hoofdmenu U kunt de menu’s oproepen door op de toets Menu van het toetsenpaneeltje of de afstandsbediening te drukken. (De menu’s worden automatisch na 60 seconden gesloten als er geen toets wordt ingedrukt.) Het hoofdmenu (Main Menu) wordt weergegeven. Gebruik de pijltoetsen om het gewenste submenu te markeren en druk vervolgens op de toets Select.
Menu Picture (Beeld) Ga als volgt te werk om de onderstaande instellingen bij te stellen: markeer de instelling, druk op Select, gebruik de pijl-omhoog en pijl-omlaag om de waarden te wijzigen en druk vervolgens op Select om de wijzigingen te bevestigen. Menu Picture (Beeld) Keystone (Keystonecorrectie): hiermee stelt u het beeld verticaal bij en zorgt u ervoor dat het beeld een rechthoek is. U kunt de keystonecorrectie ook instellen vanaf het toetsenpaneeltje.
Presets: Er zijn presets beschikbaar waarmee de projector wordt geoptimaliseerd voor computerpresentaties, foto’s, filmbeelden en videobeelden. Filminput is materiaal dat oorspronkelijk met een filmcamera is opgenomen, zoals een film; videoinput is materiaal dat oorspronkelijk met een videocamera is opgenomen, zoals een televisieshow of sportevenement. U kunt de preset als startpunt gebruiken en de instellingen voor elke specifieke bron aanpassen.
Menu Advanced (Geavanceerd) Sharpness (Scherpte): (alleen videobronnen) wijzigt de scherpte van de randen van een videobeeld. Selecteer een scherpte-instelling. Color Space (Kleurruimte): deze optie geldt voor computer- en Component-videobronnen. Hiermee selecteert u een kleurruimte die specifiek op het invoersignaal is afgestemd. Als u Auto selecteert, stelt de projector automatisch de standaard vast.
(Schermbeveiliging) uitgeschakeld. Screen Trigger (Schermactivering) bestuurt de schakelaar voor de 12 Volt gelijkstroomuitgang op het connectorpaneel. Met Screen Save (Schermbeveiliging) wordt het scherm automatisch zwart gemaakt nadat er gedurende een vooraf ingesteld aantal minuten geen signaal is waargenomen. Het beeld verschijnt opnieuw wanneer bronactiviteit wordt waargenomen of wanneer een toets op de afstandsbediening of het toetsenpaneeltje wordt ingedrukt.
Startup Logo (Opstartlogo): hiermee kunt u een leeg scherm weergeven in plaats van het standaardscherm bij het opstarten of bij afwezigheid van een bron. Opstartlogo Blank Screen (Leeg scherm): hiermee stelt u in welke kleur wordt weergegeven als u op de toets Blank op de afstandsbediening drukt. Leeg scherm Effect Key (Effect-toets): hiermee kunt u aan de toets Effect op de afstandsbediening een andere functie toewijzen, die u dan snel en vlot kunt gebruiken.
Language (Taal): hiermee kunt u een taal selecteren voor weergave op het scherm. Menu Language (Taal) Service: als u deze functies wilt gebruiken, markeert u ze en drukt u op Select. Menu Service Factory Reset (Fabriekswaarden): hiermee herstelt u alle standaardinstellingen. Lamp Reset (Reset lamp): hiermee stelt u de lamptimer in het menu About (Infomenu) opnieuw op nul in. Doe dit alleen nadat u de lamp hebt vervangen.
Onderhoud Lens reinigen 1 Breng een niet-schurend reinigingsmiddel voor cameralenzen aan op een zachte, droge doek. • Gebruik niet te veel reinigingsmiddel en breng het reinigingsmiddel niet rechtstreeks aan op de lens. Schuurmiddelen, oplosmiddelen of andere agressieve chemische stoffen kunnen krassen veroorzaken. 2 Veeg met de reinigingsdoek lichtjes over de lens in een cirkelvormige beweging. Als u niet van plan bent om de projector onmiddellijk te gebruiken, zet u de lensdop terug.
4 Draai de twee borgschroeven los waarmee de lampbehuizing aan de projector is bevestigd. lampconnector 5 Koppel de lampconnector los van de projector door het lampkabel vergrendelingslipje op de connector omlaag te drukken en de connector voorzichtig los te trekken. WAARSCHUWING: Om brandwonden te voorkomen, moet u de projector ten minste 30 minuten laten afkoelen voordat u de lamp vervangt. Laat de lampbehuizing niet vallen en raak de lamp niet aan! Het glas kan uiteenspatten en letsel veroorzaken.
Filters van lampbehuizing reinigen In vuile of stoffige omgevingen kunnen de twee stoffilters in de lampbehuizing verstopt raken, waardoor de temperaturen sterk oplopen en de storingsgevoeligheid van de lamp toeneemt. Door het routinematig verwijderen van stof van de filters daalt de bedrijfstemperatuur van de lamp en wordt de levensduur ervan verlengd. U kunt de levensduur van de lamp maximaliseren door de filters elke 250 uur schoon te maken. lampbehuizing lamp 1 Verwijder de lampbehuizing.
Bijlage Rode LED en projectorfouten Grootte van geprojecteerde beeld Als de projector niet naar behoren werkt en de rode LED knippert, probeert u aan de hand van Tabel 3 de mogelijke oorzaak te vinden. Tabel 3: Activiteit van rode LED Tabel 2: Schermafstandsbereik voor projector bij bepaalde schermgrootte Uitleg Knippert eenmaal (1) De lamp gaat niet aan na vijf (5) pogingen. Controleer de installatie van de lamp en de lampklep op losse aansluitingen.