Manual
AVR300
N-14
AVR300
N-15
Nederlands
5 – Level settings (Niveau-instellingen)
De betrekkelijke gevoeligheid van verschillende luidsprekers kan ertoe leiden dat 
sommige luidsprekers in verhouding luider of zachter klinken dan andere in het 
systeem. Via de niveau-instellingen van uw AVR300 kan deze onbalans gecorrigeerd 
worden.
Het is belangrijk de luidsprekers op de juiste wijze te kalibreren om een accuraat 
gecentreerde geluidsweergave te bereiken. Indien mogelijk raden wij u aan een SPL-
meter (Sound Pressure Level) te gebruiken om dit deel van de set-up uit te voeren, 
aangezien het moeilijk is de niveaus alleen op het gehoor te beoordelen.
Test Tone Cycle (Testtoon doorgeven)
n
  MANUAL (Handmatig) is het beste voor een set-up met SPL-meter, omdat de 
testtoon dan pas naar de volgende luidspreker overgaat wanneer u de opdracht 
hiervoor geeft. Er is roze ruis uit de gemarkeerde luidspreker te horen; wilt u de afstand van een 
andere luidspreker meten, dan verplaatst u de markering naar de nieuwe luidspreker.
n
  AUTO is het beste wanneer u de set-up op het gehoor uitvoert. De testtoon verandert dan 
automatisch tussen luidsprekers na een geluidsuitstoot van twee seconden.
Wanneer u de luidsprekers voor het eerst installeert, kijk dan op het OSD (display op het scherm) terwijl 
u met de testtoon door de beschikbare luidsprekers schakelt. Veri eer dat de luidspreker die het geluid 
genereert, overeenkomt met de luidspreker die op het display aangeduid wordt. Als dit niet dezelfde 
luidspreker is, moet u de systeembekabeling controleren en corrigeren voordat u verdergaat.
U kalibreert de luidsprekers met een SPL-meter door de meter op oorniveau te zetten en de microfoon 
naar het plafond te laten wijzen, terwijl u zich in de gebruikelijke luisterpositie bevindt. (U moet de 
meter op ‘C ‘ instellen‚ met langzame reactie (‘slow’), en 75 dB SPL moet in het midden van de schaal 
staan.) Als u geen SPL-meter heeft, stelt u de linkervoorluidspreker gewoon in op 0 dB via het menu. 
Daarna stelt u de andere luidsprekers op ditzelfde niveau in.
Elke luidspreker kan met ophogingen van 1 dB tot ongeveer 10 dB  jn afgestemd worden. De 
uitvoer van elke luidspreker moet aan het geluidsniveau 75 dB SPL aangepast worden. Er kunnen 
geen aanpassingen gemaakt worden voor een luidspreker die niet in het vorige menu Speaker Sizes 
geselecteerd is.
N.B.: Gebruikt u een 6.1-luidsprekercon guratie (één surround-achterluidspreker), dan is het 
raadzaam de surround-achterluidspreker aan te sluiten op het surround-kanaal linksachter van de 
AVR300.
In dit geval zou het niveau van het aangesloten surround-achterkanaal met 3 dB toe moeten nemen 
(d.w.z. dat de SPL-meter een respons van 78 dB voor dit kanaal moet tonen).
6 – EX Settings (EX instellingen)
Surr. EX: Deze optie kan op AUTO of MANUAL worden ingesteld, en geldt alleen 
wanneer er ‘Surround EX’-gecodeerd materiaal afgespeeld wordt.
n 
AUTO DD EX: De AVR300 schakelt automatisch over naar ‘Surround EX’-
decodering wanneer er geschikt gecodeerd materiaal gedetecteerd wordt (dit 
kan tijdelijk opgeheven worden via de knop MODE van de afstandsbediening).
n 
AUTO PLIIX: De AVR300 schakelt automatisch over naar ‘Pro Logic IIx’-
decodering wanneer er geschikt gecodeerd materiaal gedetecteerd wordt (dit 
kan tijdelijk opgeheven worden via de knop MODE van de afstandsbediening).
n 
MANUAL: De AVR300 selecteert ‘Surround EX’ niet automatisch. Deze optie kan 
echter handmatig geselecteerd worden via de knop THX.
Use Channels 6+7 for (Kanalen 6+7 gebruiken voor…)
U kunt kiezen uit:
n 
DOLBY SURR EX: ‘Dolby Surround EX’ biedt twee extra achterkanalen als er 5.1-kanaals EX-
gecodeerd materiaal afgespeeld wordt. Dit is bedoeld om betere effectenbesturing te bieden. 
In deze modus worden de versterkingskanalen 6 en 7 gebruikt om de EX-luidsprekers aan te 
sturen.
n 
ZONE 2: In deze modus worden de versterkingskanalen 6 en 7 gebruikt om luidsprekerniveau-
uitvoer voor gebruik in Zone 2 te leveren.
n 
BIAMP L+R: De versterkingskanalen 6 en 7 worden gebruikt om een tweede versterkte 
uitvoer van het linker- en rechterkanaal te leveren. Hiermee kunt u bi-ampli catie op uw 
voorluidsprekers uitvoeren, wat een verbetering in de geluidskwaliteit van deze kanalen moet 
betekenen.
  Zie pagina 26 voor meer informatie hierover.
N.B.: Wanneer u deze instelling wijzigt, moet de con guratie van de kabels die op uw luidsprekers 
aangesloten zijn, gewijzigd worden.










