Operation Manual

17
ADR 1300 B3
NL
BE
Veiligheidsvoorschriften
GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOK
► Sluit het apparaat alleen aan op een stopcontact dat overeenkomstig
de v
oorschriften is geïnstalleerd en een netspanning heeft van 220 -
240 V
~
/ 50 Hz.
► Haal de netstekker uit het stopcontact bij storing van het apparaat en
v
oordat u het apparaat schoonmaakt.
► Trek het snoer altijd bij de stekker uit het stopcontact en trek niet aan het
snoer z
elf.
► Het snoer mag niet geknikt of geplet worden en moet zodanig gelegd
w
orden, dat niemand erop kan stappen of erover kan struikelen.
► Laat beschadigde netstekkers of netsnoeren onmiddellijk door geauto-
riseer
d deskundig personeel of door de klantenservice vervangen om
gevaarlijke situaties te vermijden.
► Let erop, dat het netsnoer tijdens het gebruik van het apparaat niet nat of
v
ochtig wordt. Leid het snoer zodanig dat het niet bekneld of beschadigd
kan raken.
► Als het apparaat, het netsnoer of de stekker beschadigd zijn, laat u deze
v
oor de klantenservice vervangen om risico's te voorkomen.
► Haal eerst de stekker uit het stopcontact, voordat u het apparaat met water
vult, accessoir
es verwisselt of het apparaat schoonmaakt.
► Gebruik het apparaat alleen in droge ruimtes en niet in de openlucht.
► Nooit het apparaat onderdompelen in water of in andere vloeistoff en!
► Richt de stoom nooit direct op elektrische apparaten of op installaties met
elektrische componenten, z
oals bijvoorbeeld de binnenkant van ovens.
► Laat een apparaat dat warmte produceert nooit zonder toezicht! Trek na
gebruik of bij onderbr
eking van het werk altijd de stekker uit het stopcon-
tact. Het apparaat wordt heet en produceert stoomdruk zolang de stekker
in het stopcontact steekt!
► Gebruik het apparaat uitsluitend met droge handen en niet zonder schoe-
nen (niet met blote v
oeten). Op die manier vermindert u bij storingen het
gevaar voor stroomschokken.
► Richt het apparaat nooit op vochtgevoelige voorwerpen.
► Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (met inbegrip van
kinder
en) met beperkte fysieke, zintuiglijke of geestelijke vermogens of met
gebrek aan ervaring en / of gebrek aan kennis, tenzij ze onder toezicht
staan van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon of van die
persoon aanwijzingen krijgen voor het gebruik van het apparaat.