User Manual

Table Of Contents
Als u een tekstveld selecteert, is het mogelijk dat het invoegpunt en het
schermtoetsenbord automatisch worden weergegeven. VoiceOver vertelt u wanneer
de bewerkingsmodus actief is (afhankelijk van de rotorinstelling).
2 Om te typen, voert u een van de volgende handelingen uit:
Sleep met uw vinger om een toets te selecteren en til uw vinger op om het Â
geselecteerde teken in te voeren.
Veeg naar links of rechts om een toets te selecteren en tik dubbel om het Â
geselecteerde teken in te voeren.
Sleep met uw vinger rond het toetsenbord om een toets te selecteren. Houd Â
vervolgens de toets met één vinger vast en tik met een andere vinger op het
scherm om het geselecteerde teken in te voeren.
VoiceOver spreekt de toets uit wanneer deze wordt geselecteerd, en nogmaals
wanneer het overeenkomstige teken wordt ingevoerd.
Een speciaal teken invoeren: Tik dubbel en houd uw vinger op het scherm totdat u
een geluid hoort dat aangeeft dat de speciale tekens beschikbaar zijn. Sleep naar links
of rechts om een speciaal teken te selecteren. Het betreende teken wordt vervolgens
uitgesproken. Laat de toets los om het geselecteerde teken in te voeren.
Het invoegpunt verplaatsen: Veeg omhoog of omlaag om het invoegpunt in de tekst
naar voren of naar achteren te verplaatsen. VoiceOver geeft een geluidssignaal weer
wanneer het invoegpunt wordt verplaatst en spreekt het teken uit dat het invoegpunt
is gepasseerd. Gebruik de rotor om aan te geven of het invoegpunt per teken, per
woord of per regel moet worden verplaatst.
Tekst selecteren: Gebruik de rotor om de bewerkingsmodus te kiezen. Veeg omhoog
of omlaag om 'Selecteer' of 'Selecteer alles' te kiezen en tik vervolgens dubbel. Als u
'Selecteer' hebt gekozen en vervolgens dubbel tikt, wordt het woord geselecteerd dat
zich het dichtst bij het invoegpunt bevindt. Als u 'Selecteer alles' hebt gekozen, wordt
alle tekst geselecteerd.
Beweeg twee vingers uit elkaar of naar elkaar toe om de selectie te vergroten of te
verkleinen.
Knippen, kopiëren of plakken: Zorg ervoor dat de bewerkingsmodus is ingesteld met
de rotor. Selecteer tekst, veeg omhoog of omlaag om 'Knip', 'Kopieer' of 'Plak' te kiezen
en tik vervolgens dubbel.
Een bewerking ongedaan maken: Schud de iPad of veeg naar links of rechts om de
bewerking te selecteren die u wilt herstellen en tik vervolgens dubbel.
De toonhoogte wijzigen: Tik op 'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Toegankelijkheid' >
'VoiceOver' en schakel 'Toonhoogtewijziging' in. Wanneer u nu een letter wist, wordt
deze met een lagere toonhoogte uitgesproken.
12 6 Hoofdstuk 16
Voorzieningen voor mensen met een beperking