Operation Manual

Hoofdstuk 3 Basiskenmerken 19
Het scherm in de staande weergave vergrendelen: Druk tweemaal op de thuisknop ( ), veeg
van links naar rechts over de multitaskingbalk en tik op .
Als de schermstand is vergrendeld, wordt in de statusbalk het symbool voor vergrendeling van
de schermstand ( ) weergegeven.
De helderheid van het scherm aanpassen
U kunt de helderheid van het scherm handmatig aanpassen. Op de iPod touch van de vierde
generatie kunt u instellen dat de helderheid automatisch moet worden aangepast op basis van
het omgevingslicht. Hiervoor gebruikt de iPod touch de ingebouwde lichtsensor.
De helderheid van het scherm aanpassen: Tik op 'Instellingen' > 'Helderheid en achtergrond'
en versleep de schuifknop.
Automatische aanpassing van de helderheid in- of uitschakelen (op de iPod touch van de
vierde generatie): Tik op 'Instellingen' > 'Helderheid en achtergrond'.
Zie Helderheid en achtergrond op pagina 131.
De indeling van het beginscherm aanpassen
U kunt de lay-out van de apps in het beginscherm aanpassen, de apps in mappen indelen en de
achtergrond wijzigen.
De volgorde van apps wijzigen
U kunt uw beginscherm aanpassen door de volgorde van apps te wijzigen, apps naar het dock
onder in het scherm te verplaatsen en extra beginschermen aan te maken.
De volgorde van apps wijzigen: Houd uw vinger op een app in het beginscherm tot het
symbool gaat bewegen. Vervolgens kunt u apps verplaatsen door deze simpelweg te slepen.
Druk op de thuisknop ( ) om uw wijzigingen te bewaren.
Een nieuw beginscherm aanmaken: Sleep bij het rangschikken van de apps een app naar de
rechterrand van het meest rechtse scherm, zodat er een nieuw scherm verschijnt.
U kunt maximaal elf beginschermen aanmaken. Het aantal stippen boven het Dock geeft aan
hoeveel beginschermen er zijn. Ook kunt u hieraan zien welk scherm momenteel actief is.
U kunt tussen schermen schakelen door naar links of naar rechts te vegen. Om naar het eerste
beginscherm te gaan, drukt u op de thuisknop ( ).