Operation Manual

Hoofdstuk 31 Voorzieningen voor mensen met een beperking 116
Een speciaal teken invoeren: Selecteer in de modus 'Normaal typen' het normale teken, tik
vervolgens tweemaal en houd het teken vast totdat u een geluid hoort dat aangeeft dat de
speciale tekens beschikbaar zijn. Sleep naar links of rechts om tekens te selecteren. Het teken in
kwestie wordt uitgesproken. Laat de toets los om het geselecteerde teken in te voeren.
De toetsenbordtaal wijzigen: Stel de rotor in op 'Taal' en veeg omhoog of omlaag. Selecteer
'Standaardtaal' om de taal te gebruiken die in de landinstellingen is ingesteld. De taalrotor
verschijnt alleen als u meerdere talen hebt geselecteerd via 'Instellingen' > 'Algemeen' >
'Toegankelijkheid' > 'VoiceOver' > 'Taalrotor'.
VoiceOver gebruiken in Safari
Wanneer u met Safari zoekt naar informatie op het web terwijl VoiceOver is ingeschakeld, spreekt
de rotor 'Zoekresultaten' de lijst met voorgestelde zoekopdrachten uit.
Zoeken naar informatie op het web: Selecteer het zoekveld, voer uw zoektekst in en veeg
vervolgens naar rechts of links om omlaag of omhoog te bladeren in de lijst met voorgestelde
zoektermen. Tik tweemaal op het scherm om te zoeken naar informatie op het web aan de hand
van de geselecteerde zoekterm.
De rotoropties voor de browser instellen: Tik op 'Instellingen' > 'Algemeen' >
'Toegankelijkheid' > 'VoiceOver' > 'Rotor'. Tik om opties in- of uit te schakelen of sleep
omhoog om een onderdeel te verplaatsen.
Afbeeldingen overslaan tijdens het navigeren: Tik op 'Instellingen' > 'Algemeen' >
'Toegankelijkheid' > 'VoiceOver' > 'Afbeeldingnavigatie'. U kunt aangeven dat u alle afbeeldingen
wilt overslaan of alleen de afbeeldingen zonder beschrijvingen.
Overbodige content op een pagina negeren om gemakkelijker te lezen en te navigeren:
Selecteer het onderdeel 'Reader' in het adresveld van Safari (niet beschikbaar voor alle pagina's).
VoiceOver gebruiken in Kaarten
Met VoiceOver kunt u in- of uitzoomen, een speld selecteren en informatie over een
locatie ophalen.
De kaart verkennen: Sleep uw vinger over het scherm of veeg naar links of rechts om naar een
ander onderdeel te gaan.
In- of uitzoomen: Selecteer de kaart, stel de rotor in op de zoomfunctie en veeg met één vinger
omhoog of omlaag.
Door de kaart navigeren: Veeg met drie vingers.
Door zichtbare nuttige plaatsen bladeren: Stel de rotor in op 'Nuttige plaats' en veeg met één
vinger omhoog of omlaag.
Een weg volgen: Houd uw vinger op de weg, wacht totdat u 'pauzeer om te volgen' hoort en
beweeg vervolgens uw vinger over de weg terwijl u naar de begeleidingstoon luistert. De toon
wordt hoger als van de weg afraakt.
Een speld selecteren: Houd uw vinger op een speld of veeg naar links of rechts om de speld te
selecteren.
Informatie over een locatie ophalen: Selecteer een speld en tik tweemaal om de
informatiemarkering weer te geven. Veeg naar links of rechts om de knop 'Meer info' te
selecteren en tik vervolgens tweemaal om de informatiepagina weer te geven.