Operation Manual
Hoofdstuk 3 Basiskenmerken 49
Een toegangscode gebruiken voor gegevensbescherming
Voor betere beveiliging kunt u een toegangscode instellen die u moet invoeren wanneer u de
iPhone inschakelt of de sluimerstand uitschakelt.
Een code instellen: Tik op 'Instellingen' > 'Touch ID en toegangscode' (iPhone-modellen met
Touch ID) of tik op 'Instellingen' > 'Toegangscode' (andere modellen) en stel vervolgens een
toegangscode van vier cijfers in.
Wanneer u een toegangscode instelt, wordt gegevensbescherming ingeschakeld. Hierbij wordt
uw toegangscode gebruikt als sleutel voor het coderen van e-mails en bijlagen die u op de
iPhone hebt bewaard. Uw gegevens worden beveiligd met 256-bits AES-codering. (Andere apps
kunnen ook gebruikmaken van gegevensbescherming.)
Het beveiligingsniveau verhogen: Schakel 'Eenvoudige code' uit en gebruik een langere
toegangscode. Om een toegangscode in te voeren die bestaat uit een combinatie van cijfers
en letters, gebruikt u het toetsenbord. Als u de iPhone liever ontgrendelt met het numerieke
toetsenblok, stelt u een langere numerieke toegangscode in.
Vingerafdrukken toevoegen en opties instellen voor de Touch ID-sensor: (iPhone-modellen
met Touch ID) Tik op 'Instellingen' > 'Touch ID en toegangscode'. Zie Touch ID hieronder.
Toegang tot functies toestaan wanneer de iPhone is vergrendeld: Tik op 'Instellingen' >
'Touch ID en toegangscode' (iPhone-modellen met Touch ID) of tik op 'Instellingen' >
'Toegangscode' (andere modellen). De volgende optionele voorzieningen zijn beschikbaar:
•
Vandaag (zie Berichtencentrum op pagina 39)
•
Berichtenweergave (zie Berichtencentrum op pagina 39)
•
Siri (indien ingeschakeld, zie Instellingen voor Siri op pagina 56)
•
Passbook (zie Hoofdstuk 26, Passbook, op pagina 146)
•
Antwoord met bericht (zie Een inkomend gesprek beantwoorden op pagina 58)
Toegang tot Bedieningspaneel toestaan wanneer de iPhone is vergrendeld: Tik op
'Instellingen' > 'Bedieningspaneel'. Zie Bedieningspaneel op pagina 38.
Gegevens wissen na tien mislukte pogingen om de code in te voeren: Tik op 'Instellingen' >
'Touch ID en toegangscode' (iPhone-modellen met Touch ID) of op 'Instellingen' >
'Toegangscode' (andere modellen) en tik vervolgens op 'Wis gegevens'. Na tien mislukte
pogingen om de toegangscode in te voeren, worden de standaardwaarden van alle instellingen
hersteld en worden al uw gegevens en mediabestanden gewist doordat de coderingssleutel
voor de gegevens wordt verwijderd.
Als u de toegangscode bent vergeten, moet u de iPhone-software herstellen. Zie De iPhone
herstellen op pagina 211.
Touch ID
Op iPhone-modellen met Touch ID kunt u de iPhone ontgrendelen door uw vinger op de
thuisknop te houden. Met Touch ID kunt u ook:
•
Uw Apple ID-wachtwoord gebruiken om aankopen te doen in de iTunes Store, de App Store of
de iBooks Store
•
Uw creditcard of pinpas gebruiken wanneer u een aankoop doet in een winkel waarin u met
Apple Pay kunt betalen
•
Uw pinpas en creditcard, facturerings- en bezorgadres en contactgegevens opgeven als u een
betaling doet in een app waarin u met Apple Pay kunt betalen