Operation Manual

Hoofdstuk 3 Basiskenmerken 35
Bestanden uitwisselen met iTunes: Sluit de iPhone op uw computer aan met behulp van de
meegeleverde kabel. Selecteer de iPhone in iTunes op uw computer en klik op 'Apps'. In het
gedeelte 'Bestandsdeling' in iTunes kunt u documenten overzetten tussen de iPhone en uw
computer. Er wordt een lijst met apps weergegeven die bestandsdeling ondersteunen. Als u
een bestand wilt verwijderen, selecteert u het in de lijst met documenten en drukt u op de
Delete-toets.
Ook kunt u bestanden bekijken die u als e-mailbijlage op de iPhone hebt ontvangen.
In sommige apps kunt u inhoud delen met AirDrop. Zie AirDrop, iCloud en andere manieren om
materiaal te delen op pagina 34.
Persoonlijke hotspot
U kunt een persoonlijke hotspot gebruiken om de internetverbinding van uw iPhone te delen
met andere apparaten. Computers kunnen uw internetverbinding delen via Wi-Fi, Bluetooth
of een USB-kabel. Andere iOS-apparaten kunnen uw verbinding delen via Wi-Fi. Persoonlijke
hotspot werkt alleen als de iPhone via het mobiele datanetwerk met het internet is verbonden.
Opmerking: Het kan zijn dat deze voorziening niet bij alle aanbieders beschikbaar is. Hieraan zijn
mogelijk extra kosten verbonden. Neem voor meer informatie contact op met uw aanbieder.
Een internetverbinding delen: Tik op 'Instellingen' > 'Mobiel netwerk' en tik op 'Congureer
persoonlijke hotspot' (indien beschikbaar) om deze voorziening bij uw aanbieder in te stellen.
Nadat u 'Persoonlijke hotspot' hebt ingeschakeld, kunnen andere apparaten op de volgende
manieren verbinding krijgen:
Wi-Fi: Selecteer op het apparaat uw iPhone in de lijst met beschikbare Wi-Fi-netwerken.
USB: Sluit de iPhone op uw computer aan met de meegeleverde kabel. Kies 'iPhone'
in het paneel 'Netwerk' in Systeemvoorkeuren op uw computer en congureer
de netwerkinstellingen.
Bluetooth: Tik op de iPhone op 'Instellingen' > 'Bluetooth' en schakel 'Bluetooth' in. Informatie
over hoe u de iPhone koppelt en verbinding laat maken met uw apparaat is te vinden in de
documentatie die bij uw computer is geleverd.
Opmerking: Zodra er verbinding is gemaakt, wordt boven in het scherm van de iPhone een
blauwe band weergegeven. Het Persoonlijke hotspot-symbool ( ) wordt weergegeven in de
statusbalk van iOS-apparaten die de persoonlijke hotspot gebruiken.
Het Wi-Fi-wachtwoord voor de iPhone wijzigen: Tik op 'Instellingen' > 'Persoonlijke hotspot' >
'Wi-Fi-wachtwoord' en voer vervolgens een wachtwoord van ten minste acht tekens in.
Het gebruik van uw mobiele datanetwerk controleren: Tik op 'Instellingen' > 'Mobiel netwerk'.
Zie Instellingen voor mobiel netwerk op pagina 172.
AirPlay
U kunt AirPlay gebruiken om muziek, foto's en video's draadloos te streamen naar Apple TV en
andere AirPlay-apparaten die met hetzelfde W-Fi-netwerk als de iPhone zijn verbonden.
De AirPlay-regelaars weergeven: Hiervoor veegt u omhoog vanaf de onderrand van het scherm
om Bedieningspaneel te openen en tikt u vervolgens op .
Inhoud streamen: Tik op en kies het apparaat waarnaar u wilt streamen.
Terugschakelen naar de iPhone: Tik op en selecteer de iPhone.