Operation Manual
Hoofdstuk 3 Basiskenmerken 41
De achtergrond instellen:
1 Tik op 'Instellingen' > 'Achtergrond', tik op de afbeelding voor het toegangsscherm en
het beginscherm en tik vervolgens op 'Achtergrond' of een album.
2 Selecteer een afbeelding of foto door erop te tikken. Als u een foto kiest, kunt u deze
naar de gewenste positie verplaatsen en het formaat ervan aanpassen door twee
vingers uit elkaar of naar elkaar toe te bewegen totdat de foto er naar wens uitziet.
3 Tik op 'Stel in' en geef aan of u de foto als achtergrond wilt gebruiken voor het
toegangsscherm, het beginscherm of voor beide.
Tekst invoeren
Het schermtoetsenbord verschijnt wanneer u moet typen.
Tekst invoeren
Met het toetsenbord kunt u tekst typen, zoals gegevens van contactpersonen, e-mails,
sms-berichten en webadressen. Het toetsenbord corrigeert typefouten, toont
suggesties terwijl u typt en leert wanneer u het gebruikt.
In sommige apps biedt het slimme toetsenbord suggesties terwijl u typt om
spelfouten te voorkomen.
Tekst invoeren
1 Tik op een tekstveld (bijvoorbeeld in een notitie of nieuwe gegevens van
contactpersonen) om het toetsenbord te activeren.
2 Tik op de toetsen op het toetsenbord.
Gebruik in het begin alleen uw wijsvinger om te typen. Naarmate u bedrevener wordt
in het typen, kunt u sneller typen door uw beide duimen te gebruiken.