Operation Manual
Hoofdstuk 15 Kaarten 161
Als de locatievoorzieningen zijn uitgeschakeld, wordt u gevraagd deze weer in te
schakelen. Als de locatievoorzieningen zijn uitgeschakeld, kan uw huidige locatie
mogelijk niet worden gevonden en gevolgd. Zie “Locatievoorzieningen” op pagina 221.
Om de batterij te sparen, kunt u de locatievoorzieningen uitschakelen wanneer u deze
niet gebruikt. Hiervoor tikt u op 'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Locatievoorzieningen'.
Informatie over uw huidige locatie ophalen: Tik op de blauwe markering en tik
vervolgens op . Op de iPhone wordt, indien beschikbaar, het adres van uw huidige
locatie weergegeven. Aan de hand van deze informatie kunt u:
Een routebeschrijving opvragen Â
De locatie toevoegen aan de gegevens van een contactpersoon Â
Het adres via e-mail of mms  versturen
De locatie van een bladwijzer voorzien Â
Uw richting controleren: Tik nogmaals op . (Het symbool verandert in .) Kaarten
gebruikt het ingebouwde kompas om te bepalen welke kant u opgaat. Met de hoek
wordt de nauwkeurigheid van het kompas aangegeven: hoe kleiner de hoek, hoe
nauwkeuriger het kompas.
De koers wordt bepaald met behulp van het geograsche noorden, zelfs als u het
magnetische noorden in het kompas hebt ingesteld. Als de kompasnaalden moeten
worden gekalibreerd, beweegt u de iPhone in een achtvorm. Wanneer er sprake is van
interferentie, wordt u mogelijk gevraagd verder weg te gaan van de storingsbron. Zie
Hoofdstuk 20, “Kompas,” op pagina 180.
Een locatie met een speld markeren
Met behulp van een speld kunt u handmatig een locatie markeren.
Een locatie markeren: Houd uw vinger op de locatie op de kaart.
Op de plaatst waar u uw vinger houdt, wordt een speld geplaatst.