Operation Manual
Hoofdstuk 4 Siri 41
Siri gebruiken
Siri activeren
Om Siri te starten, hoeft u alleen maar op een knop te drukken.
Siri activeren: Druk op de thuisknop ( ) totdat het scherm van Siri verschijnt. Tik op
'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Siri' als u Siri niet hebt ingeschakeld bij de conguratie van
de iPhone.
U hoort twee korte pieptonen en de tekst 'What can I help you with?' verschijnt op het scherm.
U kunt nu gaan spreken. Het microfoonsymbool licht op, zodat u weet dat Siri u hoort praten.
Wanneer u een gesprek met Siri voert, tikt u op het microfoonsymbool wanneer u weer iets
wilt zeggen.
Siri wacht tot u uitgesproken bent, maar u kunt ook op het microfoonsymbool tikken om aan
te geven dat u klaar bent. Dit is met name handig wanneer er veel achtergrondgeluid is. Ook
kunt u hierdoor het gesprek met Siri sneller laten verlopen, omdat Siri niet op een stilte hoeft
te wachten.
Wanneer u uitgesproken bent, krijgt u te zien wat Siri heeft gehoord en krijgt u antwoord. Siri
komt vaak met informatie die verband houdt met uw vraag en die u mogelijk verder helpt. Als
de informatie verband houdt met een app, bijvoorbeeld een tekstbericht dat u hebt opgesteld
of een locatie waarnaar u hebt gevraagd, tikt u op het scherm om de app te openen en daarmee
verder te werken.
Hier ziet u wat Siri
heeft verstaan.
Hier ziet u wat Siri
heeft verstaan.
Tik hierop om tegen
Siri te spreken.
Tik hierop om tegen
Siri te spreken.
Antwoord van Siri
Antwoord van Siri
Gerelateerde
informatie: tik om
de app te openen.
Gerelateerde
informatie: tik om
de app te openen.
Siri kan u om nadere uitleg vragen als dat nodig is om een verzoek te kunnen uitvoeren. Als u
Siri bijvoorbeeld vraagt om u eraan te herinneren uw moeder te bellen, kan Siri vragen hoe laat
u daaraan herinnerd wilt worden.
Een verzoek annuleren: Zeg 'cancel', tik op of druk op de thuisknop ( ).
Een telefoongesprek beëindigen dat u met Siri bent begonnen: Voordat de Telefoon-app
wordt geopend, drukt u op de thuisknop . Als Telefoon al is geopend, tikt u op 'Stop'.