Operation Manual
Hoofdstuk 32 Voorzieningen voor mensen met een beperking 126
•
De naam van het geselecteerde onderdeel wijzigen zodat u het gemakkelijker kunt vinden: Tik met
twee vingers en houd uw vingers op een willekeurige plek op het scherm.
•
De tekst van het geselecteerde onderdeel uitspreken: Stel de rotorbediening in op tekens of
woorden en veeg met één vinger omlaag of omhoog.
•
Gesproken aanwijzingen in- of uitschakelen: Tik op 'Instellingen' > 'Algemeen' >
'Toegankelijkheid' > 'VoiceOver'.
•
Fonetische spelling opnemen: Tik op 'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Toegankelijkheid' >
'VoiceOver' > 'Spellingsalfabet'.
•
Het volledige scherm vanaf het begin laten voorlezen: Veeg met twee vingers omhoog.
•
Onderdelen laten voorlezen (vanaf het huidige onderdeel naar beneden): Veeg met twee
vingers omlaag.
•
Stoppen met voorlezen: Tik eenmaal met twee vingers. Tik nogmaals met twee vingers
om de spraakfunctie te hervatten. De spraakfunctie wordt hervat als u een ander
onderdeel selecteert.
•
Het geluid van VoiceOver uitschakelen: Tik driemaal met drie vingers. Tik nogmaals driemaal
met drie vingers om de spraakfunctie weer in te schakelen. Als u alleen de VoiceOver-signalen
wilt uitschakelen, verschuift u de aan/uit-schakelaar voor het belsignaal. Als u een extern
toetsenbord hebt aangesloten, kunt u ook op de Control-toets op het toetsenbord drukken
om het geluid van VoiceOver in of uit te schakelen.
De stem aanpassen: U kunt de kenmerken van de VoiceOver-stem aanpassen zodat u deze
beter kunt verstaan:
•
Het spraakvolume wijzigen: Gebruik de volumeknoppen op de iPhone. U kunt 'Volume' ook
toevoegen aan de rotor en omhoog of omlaag vegen om de instelling aan te passen. Zie De
rotorbediening van VoiceOver gebruiken op pagina 129.
•
De spreeksnelheid wijzigen: Tik op 'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Toegankelijkheid' > 'VoiceOver'
en sleep de schuifknop 'Spreeksnelheid'. U kunt 'Spreeksnelheid' ook toevoegen aan de rotor
en omhoog of omlaag vegen om de instelling aan te passen.
•
De toonhoogte wijzigen: VoiceOver gebruikt een hogere toon bij het uitspreken van het eerste
onderdeel van een groep (zoals een lijst of tabel) en een lagere toon bij het uitspreken van
het laatste onderdeel van een groep. Tik op 'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Toegankelijkheid' >
'VoiceOver' > 'Toonhoogtewijziging'.
•
De taal voor de iPhone wijzigen: Tik op 'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Internationaal' > 'Taal'.
De VoiceOver-uitspraak van bepaalde talen kan worden ingesteld met 'Instellingen' >
'Algemeen' > 'Internationaal' > 'Regionotatie'.
•
Uitspraak wijzigen: Stel de rotor in op 'Taal' en veeg omhoog of omlaag. De taal is alleen
beschikbaar in de rotor als u meerdere uitspraken selecteert.
•
De uitspraken selecteren die beschikbaar zijn in de taalrotor: Tik op 'Instellingen' > 'Algemeen' >
'Toegankelijkheid' > 'VoiceOver' > 'Taalrotor'. Als u de positie van een taal in de lijst wilt
wijzigen, sleept u omhoog of omlaag.
•
De standaardvoorleesstem wijzigen: Tik op 'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Toegankelijkheid' >
'VoiceOver' > 'Gebruik compacte stem'.