Operation Manual

51
BEDIENING
Bedieningspaneel
• Nahetaansluitenvandeplaatophetstroomnetgaanalleindicatorenevenbranden.De
kookplaat is klaar voor gebruik.
• Dekookplaatisuitgerustmetelektronischesensors,dieukuntaanschakelen door er
gedurende minimum 1 seconde met de vinger op te drukken.
• Telkensdesensorsaangeschakeldworden,weerklinktereengeluidssignaal.
Plaats geen voorwerpen op de oppervlakken van de sensors (hierdoor kan een
defectsignaal gegenereerd worden). Deze oppervlakken moeten steeds rein
gehouden worden.
Aanschakeling van een kookveld
Nahet aanschakelenvandekookplaatmet
de aan/uitsensor (1) moetende gewenste
kookvelden binnen de volgende 20 seconden
aangeschakeldworden.
1. Als u opde sensor van het gekozenko-
okveld (3)drukt,verschijnenhet cijfer0”
en het decimaalpunt op de indicator van het
verwarmingsvermogenvanditkookveld.
2. Schuifmetuwvingeroversensor(2) om het
gewensteverwarmingsvermogenintestellen.
Aanschakeling van de kookplaat
Hou de aan/uitsensor (1) gedurende ten
minste1secondeingedruktmetuwvinger.
Dekookplaatisactief,bovendesensor(1)
brandt de leddiode, en op alle indicatoren
(3,4) brandt het cijfer 0 en knippert het
decimaalpunt.
Als er binnen 20 seconden geen en-
kele sensor bijgestuurd wordt, dan
schakelt de kookplaat zichzelf uit.
Het bedieningspaneel is uitgerust met de innovatieve sensors (3,4)„DIGISelect-Sensor,waarbij
deindicatorvanhetkookveld(display)tegelijkertijddekeuzesensorvoorhetkookveldofdeklok
is.Desensorvoorwijzigingvanhetverwarmingsvermogen(2)isuitgevoerdvolgensde„Slider-
technologie”,dietoelaatomzowelhetverwarmingsvermogen(1-9)alsdeinstellingenvandeklok
(1-99)teregelendoormetdevingeropdeaangeduidezonetedrukkeneneroverteschuiven:
- naarrechts–groterverwarmingsvermogen
- naarlinks–kleinerverwarmingsvermogen
Daarnaastishetmogelijkomrechtstreekshetgepasteverwarmingsvermogenopdesensorte
kiezendooropgelijkwelkeplaatsvandesensorvoorwijzigingvanhetverwarmingsvermogen
(2) te drukken.
4
3
3
1
1
2
3