Operation Manual
48
Detector voor de aanwezigheid van een pot in het inductieveld
Depotdetectorisgeïnstalleerdindeplatenmetinductievelden.Tijdensdewerkingvandeplaat
startenstoptdepotdetectorautomatischdewarmtegeneratieinhetkookveldophetmomentdat
ereenpotopdeplaatgezetwordtoferafgehaaldwordt.Ditzorgtdusvoorenergiebesparing.
• Alshetkookveldgebruiktwordtsamenmeteengepastepotdanwordthetwarmteniveau
aangegeven op de display.
• Deinductietechnologievereisthetgebruikvanaangepastepottenmeteenbodemuitmag-
netisch materiaal (Tabel p. 50).
Alsergeenpotophetkookveldgeplaatstisofalsereenslechtepotgebruiktwordt,
danzalhetsymbool.Hetveldzalnietaangeschakeldworden.
Alserbinnen10minutengeenpotgedetecteerdwordt,danwordtdeaanschakelope-
ratie van de plaat gereset.
Hetkookvelddientuitgeschakeldtewordenmetgebruikmakenvandesensorbesturing
ennietalleendoordepotwegtenemen.
De potdetector werkt niet als aan/uitknop van de plaat.
Leteropdatubijhetaan-enuitschakelenofbijhetinstellenvanhetverwarmingsniveau
slechts op één sensor tegelijk drukt.Alsuopmeerderesensorentegelijkdrukt,
zalhetsysteemdebesturingssignalennietherkennenenbijlangdurigindrukkenvan
meerdere knoppen verschijnt er een foutsignaal.
Schakel na het gebruik de kookvelden uit met de regelaar en laat u niet leiden door
de aanduidingen van de potdetector.
Dekeramischekookplaatisuitgerustmetsensorendiebediendwordendoormetdevinger
op de aangeduide vlakken te drukken.
Elkebijsturingvandesensorwordtbevestigdmeteengeluidssignaal.
BEDIENING