Operation Manual
32
Handboek
NL
Probleem Oorzaken Oplossingen
Op het display verschijnt “Veiligh.
besch”
Sensor bescherming vooraan werkt niet
Controleer of de bovenbescherming correct geplaatst is.
Contacteer het dichtst bijzijnde assistentiecentrum als het
probleem aanhoudt
Op het display verschijnt “Sync
Error”.
De ontvanger van de robot herkent het signaal niet
Schakel de apparatuur uit en weer aan. Contacteer de
assistentiedienst als het probleem aanhoudt.
Op het display verschijnt “Fout wiel”
of “Fout mes”.
Maaimes beschadigd
Vervang het maaimes met een nieuw (raadpleeg Vervanging
van het mes)
Maaimes vastgelopen door de aanwezigheid van
resten (bandjes, koorden, plastic deeltjes, enz.)
Leg de robot in alle veiligheid stil (raadpleeg “Veilige stillegging
van de robot”).
Voorzichtig-Waarschuwing
Gebruik beschermende handschoenen omeventueel
gevaar op snijwonden te vermijden
Maak het mes los.
De robot werd gestart wanneer te dicht bijzijnde
(minder dan 1 m afstand) of onvoorziene obstakels
aanwezig waren (gevallen takken, vergeten
voorwerpen, enz.)
Leg de robot in alle veiligheid stil (raadpleeg “Veilige stillegging
van de robot”)
Verwijder de obstakels en start de robot weer (raadpleeg
“Manuele start en stop van de robot (in gesloten zones)”)
Elektrische motor defect
Laat de motor herstellen of vervangen bij de dichtst bijzijnde
erkende assistentiedienst
Gras hoog
Verhoog de maaihoogte (raadpleeg “Regeling van de
maaihoogte”) Maai de zone eerste met een gewone
grasmaaier
De afstandsbediening werkt niet
Foute programmering
Programmeer de afstandsbediening correct (raadpleeg
Programmeringsmodaliteit
De led van de afstandsbediening licht niet op
Verwijder de batterijen en vervang ze (raadpleeg “Vervanging
van de batterijen va de afstandsbediening”)
Op het display verschijnt “Veiligh.
besch”
Sensor aanwezigheid bescherming niet goed
geplaatst
Demonteer de kap, en controleer of ze correct in de voorste
opening geplaatst is
Op het display verschijnt “Watchdog
Error”
Intern systeem voor de veiligheid van de software
geactiveerd
Schakel de robot uit en weer aan. Als het probleem aanhoudt,
moet het dichtst bijzijnde erkende assistentiecentrum
gecontacteerd worden
Op het display verschijnt “Kanteling”
De robot bevindt zich op een vlak boven de
toegestane limieten
Baken die zone af waar de hellingzich boven de limiet bevindt.
De robot bevindt zich op een vlak onder de
toegestane limieten
Controleer of de laadbasis op een vlakke ondergrond geplaatst
is. Schakel de robot uit en weer aan in de laadbasis, en
probeer nogmaals. Contacteer de dichtst bijzijnde erkende
assistentiedienst als het probleem aanhoudt
(C)
De Led (C)
gaat niet aan.
Gebrek aan stroomtoevoer
Controleer of de stekker van het stroomvoorzieningstoestel
correct in het stopcontact zit.
Zekering onderbroken.
Laat de zekering vervangen bij het dichtst bijzijnde erkende
assistentiecentrum
De led (C)
van de
zender licht
op
Omtrekdraad onderbroken
Leg de robot in alle veiligheid stil (raadpleeg “Veilige
stillegging van de robot”) Haal de stekker van het
stroomvoorzieningstoestel uit het stopcontact. Voer de
koppeling van de omtrekdraad uit.
VERVANGING VAN DE ONDERDELEN
AANBEVELINGEN VOOR DE VERVANGING VAN DELEN
Belangrijk
Voer de handelingen van de vervanging en de herstelling uit door de aanwijzingen van de constructeur te respecteren, of
contacteer de assistentiedienst als deze handelingen niet aangeduid worden in deze handleiding.