Operation Manual
• Plaatseenladder dusdanig dat deze met zijn vier punten voldoende steun heeft tegen een stevig dra-
gend vlak, dus nooit tegen een raam, tegen ronde of smalle zuilen of tegen hoeken, tenzij voor dat doel
aangepaste hulpmiddelen worden gebruikt. Overtuig u ervan dat de ladder voldoende stabiel staat en/of
eventueel geborgd is tegen wegglijden.
• Eentrapofladdermagnooitverplaatstwordenalsmenopeentraptrede/bordesofladdersportstaatof
vanaf een positie hoger dan het trapbordes of uiteinde ladder.
• Neemextra voorzorgsmaatregelenwanneer detrapofladder vooreendeuropening,openslaandraam
of in een passage e.d. moet worden opgesteld. Zorg er voor dat er geen mensen tegen de trap aan, of er
onderdoor kunnen lopen.
• Plaatseenaluminiumtrapofladdernooitbinneneenafstandvan2,5mvannietgeïsoleerde-onderspan-
ning staande - elektrische delen van laagspanningsinstallaties en -netten. Plaats een aluminium trap of
ladder nooit nabij delen van hoogspanningsinstallaties.
• Pasopmetelektrischgereedschap.Aluminiumtrappen/laddersgeleidenelektrischestroom.Neemaltijd
maatregelen zodat een stroomdraad niet bekneld kan raken of kan blijven haken bij het beklimmen,
verschuivenofverplaatsenvandetrapofladder.Controleervoorafofhetelektrischesnoervanuwgereed-
schap niet beschadigd is.
• Trappen/laddersmoetenaltijdrustenophunvoetenennietopdetrede/sport
• Plaatseentrapofladderaltijdzodichtmogelijkbijhetwerk.
Opsteek-, schuifladder (of reformladder als opsteekladder)
• Voorkombijgebruikvaneenreformladderalsopsteekladderdatuwvoetenindeeventueelaanwezige
nylon banden blijven hangen.
• Schuifeenopsteekladder,bijvoorkeuruittegeneengevel,totdegewenstehoogte.
• Zorgbijmeerdeligeladdersdatdehakengoedopofonder(bijeenschuifladder)desportengrijpen.
• Letopdeborgingvandeonderlingeladderdelenvoordatdeladderwordtbeklommen(fig.4).
• Dehakenzijnvoorzienvaneenborgpal.Vergrendeldezeborgpalaltijdenontgrendelhemalleenvoorin-of
uitschuiven. De borgpal voorkomt het ongewild uitschuiven van de ladder.
• Zorgervoordatbeklimmingalleenmogelijkisaandeopgestokenzijde(uitgezonderdschuifladder).
• Zorgvooreenjuistevolgordevanuitschuiven:ontgrendeldebovenladder,schuifdezeuittotdegewenste
hoogte en vergrendel deze vervolgens. Herhaal deze handeling met de middenladder bij een 3-delige ladder.
• Bij inschuiven altijd eerst de middenladder (ontgrendelen, inschuiven, vergrendelen) en vervolgens de
bovenladder (ontgrendelen, inschuiven, vergrendelen). Let extra op het tijdig vergrendelen en ontgrende-
len van de ladderdelen.
• Hetlosseeindvanhetoptrektouwmoet,indegebruiksstandvandeschuifladder,zijnvastgebondenom
tenminste 2 sporten. Indien mogelijk, loodrecht onder de optrekinrichting.
Gebruik van de trap of ladder
• Belasteentrapofladdernietboven150kg(=persoondiedetrapofladderbeklimtinclusiefeventuele
‘bagage’).
• Statijdenshetverrichtenvanwerkzaamhedenaltijdmettweevoetenopeentrede/sportvandetrapof
ladder, altijd met het gezicht naar de ladder/trap toe. Ga nooit met één voet op de trap of ladder en met
de andere voet op bijvoorbeeld een raamkozijn staan. Reik en leun niet te ver opzij tijdens werken op een
trap of ladder (max. 1 armlengte). Door het verplaatsen van het zwaartepunt uit het midden van de trap of
ladder,kandetrapofladderinstabielwordenenomvallen(vuistregel:houduwnaveltussendestijlenvan
detrapofladder).Verplaatseentrapofladder,indiennodig,watvaker.
• Gebruikeentrapofreformladder,indeA-stand,nietalstoegangsmiddeltoteenander(hoger)niveau.
• Deladder(enkel,opsteek,schuif)alleenalstoegangsmiddelgebruikennaareenhogerniveaumet
veiligheidsmiddelen (bijvoorbeeld ladderuitstap/ borging aan object).
• Stapnooitzijwaartsvaneenladder.
• Beklimeenladder nooit hoger dan de rode sport of niet hoger dan de 4de sport van boven (de maximale
veilige stahoogte, fig. 5).
• Beklimeentrap zonder steunbeugel nooit hoger dan de 3de trede van boven.
5
Relax. It ’s an Altrex.
NL