Operation Manual

7
NEDERLAN DS
5. Gebruikdetrechterenmaatbekeromhetreservoirweertevullenmetwater.
6. Maakdeveiligheidskapweerstevigophetapparaatvastenbeginmetbedienen.
Waarschuwing
Ditapparaatisuitgerustmeteengeaardestekker,typeG.Ditiseenveiligheidsonderdeel.Probeerhet
veiligheidseffectvandezestekkernietongedaantemaken.
Waarchuwing
Laataltijdeerstgecondenseerdwateruitdeslanglopenvooruhetapparaatgebruiktofwanneerhetenigetijd
nietgebruiktisgeweest.Omdeslangtelatenleeglopenrichtudesproeierineengeschiktvatofeengootsteen
en drukt u op de handgreep voor stoom. Nadat u
de slang heeft laten leeglopen kunt u het apparaat weer
normaalgebruiken.Richtdesproeiernooitdirectopmensen,dierenofplanten.
Waarschuwing
Uwstoomreinigerisbedoeldvoorhetreinigenvanhardeoppervlakkenenbekledingdiebestandzijntegenhoge
temperaturen.Gebruikdestoomreinigernietopzachtplasticenkoudglas.Vanoppervlakkendiebehandeldzijn
metwas,of vansommigevloerenzonderwas,kan deglanslaagverwijderd worden door de hitteen
de stoom.
Nietgebruikenop onbehandeldhout.Hierdoorkanhethout gaanuitzetten.Hetwordtdaaromaanbevolen om
eersteenafgebakendkleinstukjetereinigenalvorensverdertegaan.
Belangrijk:
VOEGGEENreinigingsmiddelen,parfums,olieënofanderechemicaliëntoeaanhetwaterinditapparaat.Gebruik
gewoonleidingwaterofgedistilleerd/gezuiverdwateralshetwaterinuwomgevingerghardis.
Gevaarvoorbrandwonden:
Weesvoorzichtigwanneerudewaterkokergebruikt.Destoomdieuitdeopeningkomtkanergheetzijn.
REINIGINGENONDERHOUD
1. Haaldestekkeruithetstopcontactwanneeruklaarbentmetreinigen.
2. Laatdedrukontsnappentotergeenstoommeerwordtgeproduceerdenlaathetapparaatafkoelenvoorude
veiligheidskapverwijdert.
3. Maakdetankleegenreinighetbuitenoppervlakmeteendrogedoek.
4. GEBRUIKGEEN
schurendemiddelenomditapparaattereinigen.Gebruikeenvochtigedoekvoorreiniging.
5. Plaatsdeveiligheidskapweerophetapparaatenberghetopeendrogeenveiligeplaatsop.
WEGGOOIENVANUWAPPARAAT
1. Wanneerditdoorgekruistevuilnisbaksymboolzichophetproductbevindt
danbetekenthetdathetvaltonderEuropeserichtlijn2002/96/EC.
2. Alleelektrischeenelektronischproductendienenapartvande
gemeentelijkeafvalstroomweggegooidtewordenviaaangewezen
inzamelfaciliteitenaangewezendoordeoverheidoflokaleautoriteiten.
3. Hetcorrectweggooienvanuw
oudeapparaatzalbijdragenaanhet
voorkomenvanpotentiëlenegatievegevolgenvoorhetmilieuende
menselijkegezondheid.
4. Voormeergedetailleerdeinformatieoverhetweggooienvanuwoude
apparaatkuntucontactopnemenmetuwgemeente,vuilnisdienstofde
winkelwaaruhetproductgekochtheeft.