Operation Manual
© Sven Talboom UBONGO 2 / 4
SPELVERLOOP
De spelers duiden een startspeler aan.
Stukken op de tafels leggen:
- elke speler neemt, te beginnen met de startspeler, om beurt 1 legtafel en legt deze met
de zijde voor zich op welke gespeeld wordt;
- de startspeler neemt de dobbelsteen en dobbelt. Gelijktijdig draait hij de zandloper
om: de tijd loopt;
- alle spelers – ook degene die gedobbeld heeft – kijken nu op hun legtafels. Zij nemen
van hun legstukken diegene die op hun legtafel naast het gedobbelde symbool zijn
afgebeeld. Met deze stukken probeert elke speler zo snel mogelijk het lichte legvlak
van zijn speltafel precies te bedekken. (Toont de dobbelsteen bijvoorbeeld het masker,
dan nemen de spelers die stukken die op hun legtafel naast het masker zijn afgebeeld.
Andere stukken – zelfs wanneer zij tot een oplossing leiden – gelden in deze ronde
niet);
- van zodra het een speler lukt om zijn lichte legvlak precies met zijn stukken te
bedekken, roept hij “Ubongo!”. De andere spelers spelen verder zolang de zandloper
loopt;
(kader) LEGSTUKKEN
Æ
voor het bedekken van de tafels zijn beide zijdes van de stukken dienstig
Spelfiguren bewegen en edelstenen nemen:
- de speler die als eerste zijn legtafel juist bedekt heeft en “Ubongo” geroepen heeft,
mag nu zijn spelfiguur maximaal 3 velden in 1 van beide richtingen op de 6 rode
spelbordvelden verplaatsen (of blijven staan, wanneer hij wil). In de rij, waarin de
spelfiguur dan is beland (of gebleven is), mag de speler de voorste beide edelstenen
nemen, dat zijn de edelstenen die het dichtst bij de spelfiguur in de bijbehorende rij
liggen, en voor zich leggen. De speler moet de beide edelstenen vóór het aflopen van
de zandloper nemen;
- de speler die het als tweede gelukt is binnen de tijd van de zandloper zijn legtafel te
bedekken, mag zijn spelfiguur maximaal 2 velden verplaatsen (of blijven staan) en in
de rij van zijn spelfiguur eveneens de voorste, beide edelstenen nemen;
- lukt het ook een derde speler om binnen de tijd de stukken op zijn legvlak te leggen,
dan verplaatst hij zijn spelfiguur maximaal 1 veld. Ook hij mag 2 edelstenen tot zich
nemen uit de bijbehorende rij;
- wanneer ook de vierde speler zijn legtafel binnen de tijd met de legstukken bedekken
kan, moet zijn spelfiguur wel blijven staan. Hij mag evenwel in de rij waarin hij zich
bevindt, eveneens de beide, voorste edelstenen nemen en voor zich leggen;




