Operation Manual

29
overtredende partij een resultaat behaalt dat door een overtre-
ding slechter is dan het resultaat dat verwacht mocht worden als
de overtreding niet had plaatsgevonden - maar zie C1b.
2. De wedstrijdleider mag geen arbitrale score toekennen uit de
overweging dat de rechtzetting die in de spelregels is bepaald,
onevenredig zwaar of voordelig is voor één der partijen.
C. Het toekennen van een arbitrale score
1. (a) Als de wedstrijdleider door deze spelregels gerechtigd is een
score aan te passen na een overtreding en hij in staat is een
vervangende score te geven, doet hij dat. Deze score ver-
vangt de score die op dit spel behaald werd.
(b) Als de niet-overtredende partij na de onregelmatigheid bij-
draagt aan haar eigen schade door een ernstige fout (die
geen verband houdt met de overtreding) of door een onbe-
zonnen of speculatieve actie, krijgt ze geen herstel in de ar-
bitrale score voor het deel van de schade dat ze zelf veroor-
zaakt heeft. De overtredende partij behoort de score te krij-
gen die haar toegekend zou zijn alleen als gevolg van haar
overtreding.
(c) Tenzij het Bondsbestuur het verbiedt, mag een vervangende
score uit billijkheidsoverwegingen zo berekend worden dat
ze de mate van waarschijnlijkheid van een aantal mogelijke
resultaten weerspiegelt.
(d) Als de mogelijkheden erg talrijk of niet duidelijk zijn, mag de
wedstrijdleider een kunstmatige score toekennen.
(e) Het Bondsbestuur
1
mag naar eigen goeddunken de volgen-
de procedure in haar geheel of gedeeltelijk toepassen in
plaats van de bepalingen in (c):
(1) De score, toegekend in plaats van de aan tafel behaalde
score, is voor de niet-overtredende partij het gunstigste
resultaat dat waarschijnlijk behaald zou zijn als de onre-
gelmatigheid niet had plaatsgevonden.
(2) Voor de overtredende partij is de toegekende score het
ongunstigste resultaat dat met enige waarschijnlijkheid
behaald had kunnen worden als de onregelmatigheid
niet had plaatsgevonden.
1
Hiervoor is door het Bondsbestuur niet gekozen.