Operation Manual
102
5. het aanraken of in de hand nemen van kaarten die aan een an-
dere speler behoren (zie artikel 7).
6. het steken van één of meer kaarten in een verkeerd vak van het
bord.
7. een foutieve handelwijze (bijvoorbeeld verzuimen de kaarten te
tellen of het verkeerde bord spelen) die het toekennen van een
arbitrale score aan een deelnemer noodzakelijk maakt.
8. het niet dadelijk voldoen aan de wedstrijdbepalingen of aan
voorschriften van de wedstrijdleider.
ARTIKEL 91
Bestraffen of schorsen
A. Bevoegdheid van de wedstrijdleider
Bij het uitoefenen van zijn taak om orde en discipline te handhaven
is de wedstrijdleider bevoegd disciplinaire straffen, uitgedrukt in
punten, op te leggen of een deelnemer voor de duur van de zitting
of een gedeelte daarvan te schorsen. De beslissing van de wed-
strijdleider in dit geval is definitief en kan niet herroepen worden
door een protestcomité (zie artikel 93B3).
B. Recht van uitsluiting
De wedstrijdleider is bevoegd een speler om enigerlei reden uit te
sluiten, waarbij hij goedkeuring behoeft van de toernooiorganisator.










