Operation Manual

100
ARTIKEL 86
In wedstrijden van viertallen of gelijksoortige wedstrijden
A. Arbitrale score bij het spelen om IMP
Wanneer de wedstrijdleider besluit een kunstmatige arbitrale score
van gemiddelde-plus of gemiddelde-min toe te kennen, bedraagt
die score +3 IMP respectievelijk -3 IMP. Als het Bondsbestuur het
toestaat, kan de toernooiorganisator een andere regeling treffen.
B. Niet-complementaire scores in wedstrijden volgens
afvalsysteem
Wanneer de wedstrijdleider niet-complementaire arbitrale scores
(zie artikel 12C) toekent in wedstrijden volgens het afvalsysteem,
wordt van iedere deelnemer de score op het bord apart berekend.
Het gemiddelde van de twee scores wordt dan aan elke deelnemer
toegekend.
C. Vervangend bord
De wedstrijdleider mag niet van zijn bevoegdheid gebruik maken
om volgens artikel 6 één bord opnieuw te laten geven, als het eind-
resultaat van een wedstrijd zonder dat bord bij een deelnemer be-
kend zou kunnen zijn. In plaats daarvan kent hij een arbitrale score
toe.
D. Resultaat behaald aan andere tafel
Wanneer de wedstrijdleider in een viertallenwedstrijd een arbitrale
score geeft (met uitzondering van een score die voortkomt uit de
toepassing van artikel 6D2) en er aan een andere tafel een resul-
taat behaald
1
werd door de spelers van dezelfde viertallen, kan de
wedstrijdleider een arbitrale score geven in IMPs of in scorepunten
(hij behoort dit te doen als dat resultaat gunstig blijkt te zijn voor de
niet-overtredende partij).
ARTIKEL 87
Onklaar bord
A. Definitie
Een bord wordt als “onklaar” beschouwd als de wedstrijdleider
vaststelt dat een kaart (of meer dan één kaart) in een verkeerd vak
is gestoken, of als hij vaststelt dat de deler of de kwetsbaarheid
niet voor alle exemplaren van hetzelfde bord gelijk zijn en dat de
1
Als het bord door dezelfde viertallen aan de andere tafel begonnen werd,
mag het spel uitgespeeld worden.