Operation Manual

l
17
• Als de slijmvliezen in contact zijn
geweest met het reinigingsmiddel
direct met veel water naspoelen.
• Reparaties aan de accustofzuiger of
aan het laadapparaat mogen alleen
door geschoold personeel uitgevo-
erd worden. Door ondeskundige
reparaties kunnen aanzienlijke geva-
ren voor de gebruiker ontstaan.
• Wend u daarom bij storing tot uw vak-
handel of direct tot de AEG-klanten-
dienst.
• Als het apparaat verkeerd gebruikt
wordt of voor een doel waarvoor het
niet bestemd is, wordt geen verant-
woording genomen voor eventuele
schaden.
;
Dit apparaat voldoet aan de volgende
EG-richtlijnen:
• 73/23/EEG van 19.02.1973 –
Laagspanningsrichtlijn
• 89/336/EEG van 03.05.1989
“EMV-Richtlijn”, inclusief Wijzi-
gingsrichtlijn 92/31/EEG
Montage van de wandhouder
Het apparaat is geschikt om aan de
wand te monteren. Monteer het met
de meegeleverde bevestigingstoebeho-
ren (afb. 13) onder handbereik in de
buurt van een stopcontact.
0 Stop de stekker van het oplaadappa-
raat in de wandhouder.
0 Schroef de daarvoer voorziene bevesti-
ging vast (afb. 2) en voer het snoer
door de betreffende opening. Overtol-
lig snoer voor de bevestiging in de ach-
terzijde van de wandhouder leggen.
0 Bevestig de wandhouder met de mee-
geleverde toebehoren (afb. 3).
0 Stop de oplaadstekker in het stopcon-
tact.
Het multifunctiemondstuk kan in de
wandhouder geïntegreerd altijd onder
handbereik bewaard worden.
Ingebruikneming
Opladen
Voor ingebruikneming is een oplaadtijd
van 24 uur nodig.
Schuif de accustofzuiger in de wand-
houder tot hij voelbaar vastklikt
(afb. 4).
Let erop dat bij het opladen de in-/uit-
schakelaar (afb. 1/D) op “0” staat. De
oplaadindicatie (afb. 1/C) licht rood op
zolang de accustofzuiger zich in de
wandhouder bevindt.
Gebruik altijd het originele oplaadap-
paraat en sluit er geen andere apparaat
op aan.
3
Het oplaadapparaat kan altijd in het
stopcontact blijven, want de accucel-
len zijn tegen overbelading beschermd.
Daardoor wordt de levensduur van de
accucellen verhoogd en is uw apparaat
altijd gereed voor gebruik.
Gebruik en vervangen van het
natte en droge filter
Gebruik het apparaat altijd met het fil-
terelement (afb. 1/D). Het filter is zowel
voor droog en voor nat gebruik
geschikt.
0 Om het filter erin te leggen of te ver-
vangen (afb. 1/O) drukt u op de twee
openingstoetsen (afb. 1/F) en haalt u
het zuigreservoir eraf (afb. 5).
0 Verwijder het volle filterelement
(afb. 6a), leeg het en reinig het even-
tueel onder stromend water (afb. 7).
2
Normaal huisstof kan zonder proble-
men met het huisvuil meegegeven
worden.
Indien nodig de waterseparator er uit-
halen (afb. 6b), met een vochtige doek
uitwissen of onder stromend water rei-
nigen (afb. 8).
0 Zet de schoongemaakte waterseparator
weer in de zuighouder (afb. 9a) en
plaats het nieuwe c.q. gereinigde nat-
of droogfilter in de filterruimte