Operation Manual
DNL
Tijdens de rit
Adria kampeerauto‘s 21
6 Tijdens de rit
– Uw rijstijl aan de grootte van het voertuig aanpassen, voorzichtig en anticiperend rijden.
– Op slechte straten langzaam rijden.
– Hard remmen vermijden.
– Niet aan het stuur rukken, de kampeerauto kan daardoor gaan slingeren.
– Even snel bergop rijden als bergaf.
– Oppassen voor zijwind wanneer u over bruggen rijdt. Door de grootte en hoogte van het
voertuig is de kampeerauto windgevoeliger dan een personenauto.
– Bij het inhalen van vrachtwagens kan de kampeerauto in het kielzog worden meegezogen.
Licht tegensturen heft dit effect op.
– Tijdig naar de volgende versnelling schakelen.
– De lengte van de kampeerauto niet onderschatten.
– Bij het afslaan en nemen van bochten rekening houden met de grotere bochtradius van de
kampeerauto.
– De remweg van een kampeerauto is aanmerkelijk langer dan bij een personenauto. De
veiligheidsafstand dient overeenkomstig vergroot te worden.
– Laat u bij het achteruitrijden dirigeren, daar de buitenspiegels de afstanden vertekend
weergeven.
– Bij benzinepompen of in garages ”open vuur” uitschakelen (ook koelkast of verwarming, die
op gas werken).
– Het verblijf van personen en meereizende huisdieren in de kampeerauto tijdens het rijden
is alleen toegestaan op stoelen met daarvoor geschikte veiligheidsgordels.
– Tijdens het rijden is verblijf in de alkoof, bedden en natte cel verboden.
Beschadigingen van de kampeerauto, gevaar voor verwonding
Bij rangeermanoeuvres, doorgangen, bruggen, tunnels en overhangende takken de
afmetingen van de kampeerauto in acht nemen.
Voor de afmetingen van de kampeerauto, zie Technische gegevens (hfst. 23.4).
Aan- en opgebouwde onderdelen veranderen het gewicht en de afmetingen
Aanwijzing
Attentie!