Operation Manual

DNL
Winterkamperen
Adria kampeerauto‘s 127
18 Winterkamperen
18.1 Reizen in de winter
Winterkamperen wordt steeds populairder. Uw ADRIA-kampeerauto is winterbestendig en
wanneer u de volgende aanwijzingen opvolgt, wordt de wintervakantie in uw eigen
kampeerauto een fantastische ervaring.
Uitvoerig informatie over de berijdbaarheid van de straten en de weersomstandigheden in-
winnen.
Steile hellingen vermijden.
Camping zorgvuldig en tijdig uitzoeken, aankomst bij daglicht plannen.
Banden zorgvuldig controleren, profieldiepte controleren, bandenspanning controleren
(tab. 23-1).
Ruitensproei-installatie met winterreiniger vullen, reserve voor onderweg meenemen.
Voor vertrek het dak, alle ramen, spiegels en lampen, alsmede de wielkasten sneeuw en
ijsvrij maken..
Motor niet in stilstand warm laten lopen, onmiddellijk na het starten van de motor langzaam
aanrijden.
Voor winterkamperen alleen propaangas met een tweeflessensysteem gebruiken (hfst.
11.3.1).
Voldoende gasvoorraad incalculeren.
18.2 Opstellen van de kampeerauto
Voor het opstellen van de kampeerauto de staanplaats sneeuwvrij maken.
Voertuig niet onder bomen opstellen. Naar beneden vallende takken of ijsbrokken kunnen
dak en dakluiken beschadigen.
Controleer de ondergrond regelmatig om wegzakken bij dooiweer te vermijden.
Na het opstellen de kampeerauto met wielkeggen tegen wegrollen beveiligen. Voertuig van
de handrem halen om vastvriezen te vermijden.
Na het rijden op straten met strooizout moet de gehele kampeerauto en het chassis grondig
worden gewassen.
Om het vormen van witte roest op vuurverzinkte onderdelen te verhinderen, moet voor
voldoende luchtcirculatie onder de kampeerauto worden gezorgd. Water moet afgevoerd
kunnen worden.
De 230 V-stroomkabel zo leggen, dat hij niet kan vastvriezen of bij het sneeuwruimen
beschadigd kan worden.
Voor vertrek speciale winterbanden laten aanbrengen en sneeuwkettingen meenemen.
Bij aluminium velgen zijn sneeuwkettingen verboden.
Aanwijzing