Operation Manual

276
ADOBE PREMIERE ELEMENTS GEBRUIKEN 7
Uw films delen en opslaan
Tv-standaard Hiermee bepaalt u of wordt uitgevoerd naar de NTSC- of PAL-standaard.
Framebreedte [pixels] Hiermee schaalt u het horizontale aspect van het uitvoerframe naar de opgegeven breedte.
Framehoogte [pixels] Hiermee schaalt u het verticale aspect van het uitvoerframe naar de opgegeven hoogte.
Beeldfrequentie [fps] Hiermee geeft de beeldfrequentie voor uitvoer op voor NTSC- of PAL-indeling.
Veldvolgorde (of Velden) Hiermee wordt bepaald of interliniëring wordt toegepast op de frames van het
uitvoerbestand en zo ja, of het onderste of bovenste veld dominant is. Geen velden (progressieve scan) komt overeen
met het gebruik van progressieve scan. Dit is de juiste instelling voor weergave op een computer en voor speelfilms.
Kies Eerst bovenste veld of Eerst onderste veld (de standaardinstelling) wanneer u videobeelden exporteert voor een
geïnterlinieerd medium zoals NTSC, PAL of SECAM. DV-beeldmateriaal heeft doorgaans de instelling Eerst onderste
veld, maar bepaalde nieuwere camcorders die zonder band werken, produceren video met omgekeerde veldvolgorde.
Raadpleeg daarom de documentatie bij uw camcorder.
Hoogte/breedteverhouding pixels Hiermee geeft u de hoogte-breedteverhouding van elke pixel op. Zo bepaalt u het
aantal pixels dat nodig is om een bepaalde hoogte-breedteverhouding voor een frame te bereiken. Sommige indelingen
beschikken over vierkante pixels en andere over niet-vierkante pixels.
Interval hoofdframe (seconden) Hiermee geeft u aan na hoeveel seconden er tijdens het exporteren van videobeelden
een hoofdframe wordt gemaakt door de codec.
Codering bitsnelheid Hiermee wordt opgegeven of de codec een constante of variabele bitsnelheid bereikt in het
geëxporteerde bestand.
CBR Met Constante bitsnelheid (CBS) blijft de gegevenssnelheid van het geëxporteerde bestand constant binnen
een vaste limiet die u opgeeft. Omdat complexe gedeelten worden beperkte tot dezelfde bitsnelheid als eenvoudige
gedeelten, kunnen daar eerder kwaliteitsverminderende gevolgen van compressie zichtbaar worden.
VBR Met Variabele bitsnelheid (VBS) kan de gegevenssnelheid variëren binnen een bereik dat u opgeeft. Hierdoor
kunnen complexe gedeelten een hogere bitsnelheid krijgen zodat er minder compressie vereist is terwijl minder
complexe gedeelten een lagere bitsnelheid krijgen.
Over het algemeen zijn frames complex en moeilijker te comprimeren wanneer ze veel details bevatten of wanneer ze
aanzienlijk afwijken van omliggende frames, zoals bijvoorbeeld in scènes met beweging.
Opmerking: Wanneer CBR- en VBR-bestanden met dezelfde inhoud en bestandsgrootte met elkaar worden vergeleken,
wordt een CBR-bestand wellicht beter afgespeeld op een groter aantal systemen, omdat een vaste gegevenssnelheid een
lagere belasting voor een mediaspeler en een computerprocessor vormt. Een VBR-bestand levert echter vaak betere
beelden op, aangezien VBR de hoeveelheid compressie aanpast aan de inhoud van de afbeelding.
Bitsnelheid Hiermee geeft u het aantal megabits per seconde op waarover het gecodeerde bestand moet beschikken.
Deze optie wordt alleen weergegeven wanneer u CBR kiest als de optie voor Codering bitsnelheid.
De volgende opties worden alleen weergegeven als u VBR kiest als de optie voor Codering bitsnelheid:
Minimale bitsnelheid [Mbps] Hiermee geeft u het minimum aantal megabits per seconde op waarover de
codeermodule mag beschikken. De minimale bitsnelheid verschilt per indeling. Voor MPEG-2-DVD moet de
minimale bitsnelheid ten minste 1,5 Mbps zijn.
Gewenste bitsnelheid [Mbps] Hiermee geeft u het aantal Mbps (megabits per seconde) op waarover het gecodeerde
bestand moet beschikken.
Maximale bitsnelheid [Mbps] Hiermee geeft u het maximumaantal megabits per seconde op waarover de
codeermodule mag beschikken.
M-frames Hiermee geeft u het aantal B-frames (bidirectionele frames) op tussen opeenvolgende I-frames
(intraframes) en P-frames (voorspelde frames). Deze optie is alleen beschikbaar voor MPEG-indelingen.