Operation Manual
168
ADOBE PREMIERE ELEMENTS 10 GEBRUIKEN
Effecten toepassen
Laatst bijgewerkt 4/10/2011
Dekking Een instelling waarmee u bepaalt hoe ondoorzichtig of hoe transparant een clip is. (75% dekking betekent
bijvoorbeeld 25% transparantie.)
Door de dekkingswaarde van de bovenste videoclip te verlagen (links), wordt de onderliggende videoclip zichtbaar (midden) en worden de twee
afbeeldingen gecombineerd (rechts)
Masker Masker wordt soms gebruikt als een ander woord voor alfakanaal. Als werkwoord (maskeren) wordt hiermee
eveneens het wijzigen van een alfakanaal bedoeld.
Aparte rode, groene en blauwe kleurkanalen (links); het alfakanaal of masker (midden) en alle kanalen gecombineerd (rechts)
Matte Een bestand of kanaal dat de transparante gebieden van een clip aangeeft. De matte bepaalt het
transparantieniveau in de resulterende afbeelding. In Adobe Premiere Elements gebruikt u mattes in combinatie met
het effect Key track met matte.
Matte (links) bepaalt de transparante gebieden in de bovenste clip (midden), waardoor de onderliggende clip zichtbaar wordt (rechts).
Keying Hiermee stelt u een bepaalde kleur (kleurkey) of helderheidswaarde (luminantiekey) in voor transparante
gebieden. Pixels die overeenkomen met de key worden transparant. Keying wordt vaak gebruikt om een achtergrond
met één kleur, zoals een blauw scherm, te vervangen door een ander beeld. (Zo worden bij het weerbericht op televisie
blauwe schermen achter de weerman/-vrouw vervangen door weerkaarten.) Voor het Videomerge-effect wordt
gebruikgemaakt van keying om automatisch de primaire achtergrondkleur als transparant te definiëren.
Een achtergrondkleur vervangen door een ander beeld
A. Bovenste clip B. Transparante gebieden worden bepaald met het effect Key blauw scherm C. Onderliggende clip D. Gecombineerde clips
Meer Help-onderwerpen
“Keying” op pagina 190
“Videomerge” op pagina 208
AB
CD