Operation Manual
651
PHOTOSHOP CS4 GEBRUIKEN
Technische en 3D-beeldbewerking
UV-bedekkingen maken
Een diffuus structuurbestand dat door meerdere materialen van een 3D-model wordt gebruikt, kan diverse
inhoudsgebieden groeperen die op verschillende oppervlakken van het model zijn toegepast. Het proces UV-
toewijzing stemt de coördinaten in de 2D-structuurmap af op de specifieke coördinaten van het 3D-model. Zo wordt
de 2D-structuur op de juiste manier op het 3D-model 'getekend'.
Bij 3D-inhoud die in een ander programma dan Photoshop is gemaakt, wordt de UV-toewijzing uitgevoerd in het
programma waarin de inhoud is gemaakt. Photoshop kan echter UV-bedekkingen als hulplijnen maken waarmee u
kunt visualiseren hoe een 2D-structuurmap wordt afgestemd op de oppervlakken van het 3D-model. Deze
bedekkingen fungeren als hulplijnen bij het bewerken van een structuur.
1 Dubbelklik op een structuur in het deelvenster Lagen om die structuur voor bewerking te openen.
Opmerking: Er kunnen alleen UV-bedekkingen worden gemaakt wanneer er een structuurmap in het actieve venster
is geopend.
2 Kies 3D > UV-bedekkingen maken en selecteer vervolgens een bedekkingsoptie.
Draadframe Hiermee toont u de randgegevens van de UV-bedekking.
Gearceerd Hiermee toont u de modelgebieden met behulp van een effen rendermodus.
Standaardmap Hiermee worden geometrische standaarden als RGB-waarden getoond, waarbij R=X, G=Y en B=Z.
UV-bedekkingen worden in het deelvenster Lagen als extra lagen voor het structuurbestand toegevoegd. U kunt een
UV-bedekking tonen, verbergen, verplaatsen en verwijderen. De bedekkingen worden weergegeven op het oppervlak
van het model wanneer u het structuurbestand sluit en opslaat of wanneer u overschakelt van het structuurbestand
naar de bijbehorende 3D-laag (het structuurbestand wordt automatisch opgeslagen).
Opmerking: Verwijder of verberg UV-bedekkingen voordat u de eindrendering gaat uitvoeren.
De parameters van structuurmap opnieuw bepalen
U zult zo nu en dan een 3D-model openen waarvan de structuren slecht aan het onderliggende modelnet zijn
toegewezen. Hierdoor kan het oppervlak van het model vervormd lijken, met ongewenste naden of uitgerekte of
samengedrukte gebieden in het structuurpatroon. Een slechte structuurtoewijzing kan ook onvoorspelbare resultaten
geven wanneer u rechtstreeks op het model tekent.
U controleert de parameterbepaling van structuren door een structuur voor bewerking te openen en vervolgens een
UV-bedekking toe te passen om te kijken hoe de structuur wordt uitgelijnd op de oppervlakken van het model. Zie
“UV-bedekkingen maken” op pagina 651.
De opdracht Parameters opnieuw bepalen wijst een structuur opnieuw toe aan het model om de vervorming te
corrigeren en een effectievere bedekking van het oppervlak te maken.
1 Open een 3D-bestand met een slecht toegewezen, diffuse structuur en selecteer de 3D-laag met het model.
2 Kies 3D > Paramaters opnieuw bepalen. U wordt gewaarschuwd dat de structuur opnieuw op het model wordt
toegepast. Klik op OK.
3 Kies een optie voor het opnieuw bepalen van paramaters:
• Bij Lage vervorming blijft het structuurpatroon beter intact, maar kunnen er meer naden op het oppervlak van
het model verschijnen.
• Bij Minder naden wordt het aantal naden op het model verminderd. Hierdoor kan, afhankelijk van het model,
de structuur wel meer worden uitgerekt of geknepen.