Operation Manual

Kleuren laten overvloeien
Naar boven
Instellen hoe kleuren overvloeien
Overvloeimodi isoleren
Objecten in een groep uitnemen
Een kleurenruimte voor het overvloeien van transparante objecten opgeven
Instellen hoe kleuren overvloeien
U kunt de kleuren tussen twee overlappende objecten in elkaar laten overvloeien aan de hand van overvloeimodi. U kunt overvloeimodi gebruiken
om de manier te wijzigen waarop de kleuren van gestapelde objecten in elkaar overvloeien.
1. Selecteer een of meer objecten of een groep.
2. Ga op een van de volgende manieren te werk:
Kies een overvloeimodus in het menu van het deelvenster Effecten, bijvoorbeeld Normaal of Bedekken.
Kies een overvloeimodus in het menu in het gebied Transparantie van het dialoogvenster Effecten.
Opties voor overvloeimodi
De overvloeimodi bepalen welke invloed de basiskleur, de onderliggende kleur in de illustratie, heeft op de overvloeikleur, de kleur van het
geselecteerde object of de groep met objecten. De resulterende kleur is de kleur die ontstaat na het overvloeien.
Normaal Kleurt de selectie met de overvloeikleur zonder interactie met de basiskleur. Dit is de standaardmodus.
Vermenigvuldigen Vermenigvuldigt de basiskleur met de overvloeikleur. De resulterende kleur is altijd donkerder. Elke willekeurige kleur die met
zwart wordt vermenigvuldigd, wordt ook zwart. Elke willekeurige kleur die met wit wordt vermenigvuldigd, blijft ongewijzigd. U krijgt een
vergelijkbaar effect wanneer u met meerdere magische markeringen op de afbeelding tekent.
Raster Vermenigvuldigt de omkering van de overvloei- en basiskleuren. De resulterende kleur is altijd lichter. Wanneer u met zwart rastert, blijft de
kleur ongewijzigd. Wanneer u met wit rastert, wordt de kleur wit. U krijgt een vergelijkbaar effect wanneer u meerdere dia's bovenop elkaar
projecteert.
Bedekken In deze modus worden de kleuren vermenigvuldigd of gerasterd, afhankelijk van de basiskleur. Patronen of kleuren bedekken de
bestaande illustraties. Hierbij blijven de accentueringen en schaduwen van de basiskleur behouden, terwijl de overvloeikleur wordt gemengd om
de lichtheid en donkerte van de oorspronkelijke kleur weer te geven.
Zwak licht In deze modus worden de kleuren donkerder of lichter gemaakt, afhankelijk van de werkkleur. Dit geeft ongeveer hetzelfde effect als
diffuus licht op een schilderij.
Als de overvloeikleur (lichtbron) lichter is dan 50% grijs, wordt de illustratie lichter, alsof deze is tegengehouden. Als de overvloeikleur donkerder
is dan 50% grijs, wordt de illustratie donkerder, alsof deze is doorgedrukt. Wanneer u met zuiver zwart of wit kleurt, wordt het gebied donkerder of
lichter, maar niet echt zuiver zwart of wit.
Fel licht In deze modus worden de kleuren vermenigvuldigd of gerasterd, afhankelijk van de overvloeikleur. Dit geeft ongeveer hetzelfde effect als
een felle lamp op een schilderij.
Als de overvloeikleur (lichtbron) lichter is dan 50% grijs, wordt de illustratie lichter, alsof deze is gerasterd. Hiermee kunt u illustraties meer
hooglichten meegeven. Als de overvloeikleur donkerder is dan 50% grijs, wordt de illustratie donkerder, alsof deze is vermenigvuldigd. Hiermee
kunt u een schaduweffect aan illustraties meegeven. Schilderen met zuiver zwart of zuiver wit resulteert in zuiver zwart of wit.
Kleur tegenhouden Maakt de basiskleur helderder waardoor de overvloeikleur zichtbaar wordt. Overvloeien met zwart heeft geen enkel effect.
Kleur inbranden Maakt de basiskleur donkerder waardoor de overvloeikleur zichtbaar wordt. Overvloeien met wit heeft geen enkel effect.
Donkerder maken Selecteert de basis- of overvloeikleur als resulterende kleur (de donkerste kleur wordt geselecteerd). Gebieden die lichter zijn
dan de overvloeikleur worden vervangen. Gebieden die donkerder zijn, veranderen niet.
Lichter maken Selecteert de basis- of overvloeikleur als resulterende kleur (de lichtste kleur wordt geselecteerd). Gebieden die donkerder zijn
dan de overvloeikleur, worden vervangen. Gebieden die lichter zijn, veranderen niet.
Verschil Trekt de overvloeikleur van de basiskleur of de basiskleur van de overvloeikleur af, afhankelijk van welke kleur de grootste
helderheidswaarde heeft. Bij overvloeien met wit worden de waarden van de basiskleur omgekeerd. Bij overvloeien met zwart verandert er niets.
Uitsluiting Maakt een effect dat gelijk is aan de Verschil-modus, alleen het contrast is lager. Overvloeien met wit keert de basiskleurcomponenten
om. Overvloeien met zwart heeft geen enkel effect.
Kleurtoon Maakt een resulterende kleur met de luminantie en verzadiging van de basiskleur en de kleurtoon van de overvloeikleur.
Verzadiging Maakt een kleur met de luminantie en verzadiging van de basiskleur en de kleurtoon van de overvloeikleur. Als u met deze modus in
een gebied zonder verzadiging (grijs) schildert, gebeurt er niets.
Kleur Maakt een resulterende kleur met de luminantie van de basiskleur en de kleurtoon en verzadiging van de overvloeikleur. Op deze manier
blijven de grijsniveaus in de illustraties behouden en kunt u heel makkelijk monochrome illustraties kleuren en gekleurde illustraties een tint