Operation Manual

Kruisverwijzing naar onvolledige alinea
A. De kruisverwijzingsbron eindigt met een em-streepje (^_) B. Bij “onwaar” maakt het em-streepje geen deel uit van de bron
Als u de bouwsteen Onvolledige alinea invoegt, moet u twee dingen doen. Geef als eerste het scheidingsteken tussen de aanhalingstekens op.
Het scheidingsteken is het teken waarmee de alinea wordt afgesloten. Veelgebruikte scheidingstekens zijn een dubbele punt (Hoofdstuk 7:
Granada), punten (Hoofdstuk 7. Granada) en liggende streepjes (Hoofdstuk 7—Granada). Als u speciale tekens wilt invoegen, zoals em-streepjes
(^_), em-spaties (^m) en opsommingstekens (^8), kiest u een optie uit het menu dat wordt weergegeven als u op het pictogram Speciale tekens
klikt.
Geef als tweede aan of het scheidingsteken wel (Hoofdstuk 7——) of niet (Hoofdstuk 7) moet worden opgenomen. Gebruik includeDelim=”waar”
om het scheidingsteken wel op te nemen en includeDelim=”onwaar” om het scheidingsteken niet op te nemen. In plaats van “waar” of “onwaar”
kunt u ook respectievelijk “1” of “0” gebruiken.
Tekenstijlen toepassen binnen een kruisverwijzing
Als u een sectie of tekst wilt benadrukken binnen een kruisverwijzing, kunt u de bouwsteen Tekenstijl gebruiken. Deze bouwsteen bestaat uit twee
codes. De code <cs name=”stijlnaam”> geeft aan welke stijl wordt toegepast, en met de code </cs> wordt de tekenstijl afgesloten. Alle tekens of
bouwstenen tussen deze codes worden opgemaakt in de opgegeven stijl.
Een tekenstijl toepassen op een deel van de kruisverwijzing
A. Met deze code wordt een tekenstijl genaamd “Rood” toegepast. B. Deze code geeft het einde van de opmaak van de tekenstijl aan. C.
Een tekenstijl genaamd “Vet” wordt toegepast op de rest van de kruisverwijzingsbron.
1. Maak de tekenstijlen die u wilt gebruiken.
2. Maak of bewerk de opmaak die u wilt toepassen in het dialoogvenster Opmaak kruisverwijzing.
3. Selecteer onder Definitie de tekens en bouwstenen waarop u de tekenstijl wilt toepassen.
4. Kies Tekenstijl in het menu rechts van de lijst met definities.
5. Typ de naam van de tekenstijl tussen de aanhalingstekens exact zoals deze wordt weergegeven in het deelvenster