Operation Manual

van, geeft deze proxy het horizontale gebied aan van het tekstkader en het verticale gebied van de tekstregel die het ankerpunt van het object
bevat. Als u op het meest linkse punt van deze proxy klikt, wordt het referentiepunt
van dit object uitgelijnd op de linkerrand van het tekstkader
en de basislijn van de tekst.
De rechterkant van het object uitgelijnd op de linkerkant van het tekstkader.
Opmerking: Afhankelijk van wat u kiest voor X ten opzichte van en Y ten opzichte van, worden drie of negen posities weergegeven voor de
proxy van het referentiepunt voor de verankerde positie. Regelopties zoals Regel (basislijn) bieden slechts drie mogelijkheden namelijk
middenlinks, midden en middenrechts, omdat de verticale positionering wordt bepaald door het ankerpunt in de tekst.
X ten opzichte van Hiermee geeft u op wat u als basis voor horizontale uitlijning wilt gebruiken. Met bijvoorbeeld Tekstkader kunt u het object
uitlijnen ten opzichte van de linkerkant, rechterkant of het midden van het tekstkader. Waar exact horizontaal op wordt uitgelijnd, is afhankelijk van
de referentiepunten die u kiest, en de verschuiving die u eventueel opgeeft voor X-verschuiving.
Als u bijvoorbeeld het object wilt weergeven in de paginamarge met de rechterrand uitgelijnd ten opzichte van de paginamarge, kiest u
Paginamarge bij X ten opzichte van en geeft u het meest rechtse punt op voor de proxy van het referentiepunt voor het verankerde object en het
meest linkse punt voor de proxy van het referentiepunt voor de verankerde positie.
De optie X ten opzichte van
A. De rechterkant van het object uitgelijnd op de linkerkant van het tekstkader B. De rechterkant van het object uitgelijnd op de
linkerkant van de paginamarge
X verschuiven Verplaatst het object naar links of naar rechts. Of het naar links of naar rechts wordt verplaatst, is afhankelijk van het
referentiepunt. Bij uitlijnen op het midden van het pagina-item wordt het object bij een positieve waarde naar rechts verplaatst. De richting van de
verplaatsing is ook afhankelijk van het feit of u de optie Ten opzichte van rug hebt geselecteerd.
Y ten opzichte van Bepaalt waarop het object verticaal wordt uitgelijnd. Met bijvoorbeeld Paginarand kunt u de rand van de pagina gebruiken als
basis voor het uitlijnen van het object op de bovenkant, de onderkant of het midden van de pagina. Met het referentiepunt voor de verankerde
positie wordt het object uitgelijnd op de bovenkant, de onderkant of het midden van dit pagina-item. Als u een regeloptie kiest, zoals Regel
(basislijn), wordt met het referentiepunt voor de verankerde positie alleen de middelste horizontale rij met punten weergegeven.
De optie Y ten opzichte van
A. De bovenkant van het object uitgelijnd op de bovenrand van de pagina B. De onderkant van het object uitgelijnd op de onderrand
van de pagina
Y verschuiven Verplaatst het object omhoog of omlaag. Bij een positieve waarde wordt het object omlaag verplaatst.
Binnen bovenste/onderste kolomgrenzen houden Houdt het object binnen de tekstkolom als dit anders buiten de grenzen zou vallen vanwege
het doorlopen van de tekst. In dergelijke gevallen wordt de onderkant van het object uitgelijnd op de onderste inzet of wordt de bovenkant van het
object uitgelijnd op de bovenste inzet. Zo kan een verankerd object aan de zijkant van een tekstregel en in het midden van een kolom er prima
uitzien. Als deze optie echter niet is geselecteerd, kan het object onder de kolomrand of gedeeltelijk buiten de pagina terechtkomen als het
ankerpunt naar de onderkant van de kolom doorloopt. Wanneer deze optie is geselecteerd, kunt u het object niet tot boven of onder de