Operation Manual

486
INDESIGN GEBRUIKEN
Transparantie-effecten
Laatst bijgewerkt 20/5/2011
Als u het document naar een drukker stuurt die problemen ondervindt met deze witte rand, vraagt u de
serviceprovider om PostScript-overdrukken op de RIP in te schakelen. Als het probleem hiermee niet wordt opgelost,
kunt u de transparantie afvlakken en de optie Overdrukken simuleren inschakelen voordat u het bestand verstuurt. U
vindt deze optie in InDesign in het deelvenster Uitvoer van het dialoogvenster Afdrukken als u de optie Samengesteld
CMYK selecteert.
Kleuren laten overvloeien
Instellen hoe kleuren overvloeien
U kunt de kleuren tussen twee overlappende objecten in elkaar laten overvloeien aan de hand van overvloeimodi. U
kunt overvloeimodi gebruiken om de manier te wijzigen waarop de kleuren van gestapelde objecten in elkaar
overvloeien.
1 Selecteer een of meer objecten of een groep.
2 Ga op een van de volgende manieren te werk:
Kies een overvloeimodus in het menu van het deelvenster Effecten, bijvoorbeeld Normaal of Bedekken.
Kies een overvloeimodus in het menu in het gebied Transparantie van het dialoogvenster Effecten.
Opties voor overvloeimodi
De overvloeimodi bepalen welke invloed de basiskleur, de onderliggende kleur in de illustratie, heeft op de
overvloeikleur, de kleur van het geselecteerde object of de groep met objecten. De resulterende kleur is de kleur die
ontstaat na het overvloeien.
Normaal Kleurt de selectie met de overvloeikleur zonder interactie met de basiskleur. Dit is de standaardmodus.
Vermenigvuldigen Vermenigvuldigt de basiskleur met de overvloeikleur. De resulterende kleur is altijd donkerder.
Elke willekeurige kleur die met zwart wordt vermenigvuldigd, wordt ook zwart. Elke willekeurige kleur die met wit
wordt vermenigvuldigd, blijft ongewijzigd. U krijgt een vergelijkbaar effect wanneer u met meerdere magische
markeringen op de afbeelding tekent.
Raster Vermenigvuldigt de omkering van de overvloei- en basiskleuren. De resulterende kleur is altijd lichter.
Wanneer u met zwart rastert, blijft de kleur ongewijzigd. Wanneer u met wit rastert, wordt de kleur wit. U krijgt een
vergelijkbaar effect wanneer u meerdere dia's bovenop elkaar projecteert.
Bedekken In deze modus worden de kleuren vermenigvuldigd of gerasterd, afhankelijk van de basiskleur. Patronen
of kleuren bedekken de bestaande illustraties. Hierbij blijven de accentueringen en schaduwen van de basiskleur
behouden, terwijl de overvloeikleur wordt gemengd om de lichtheid en donkerte van de oorspronkelijke kleur weer te
geven.
Zwak licht In deze modus worden de kleuren donkerder of lichter gemaakt, afhankelijk van de werkkleur. Dit geeft
ongeveer hetzelfde effect als diffuus licht op een schilderij.
Als de overvloeikleur (lichtbron) lichter is dan 50% grijs, wordt de illustratie lichter, alsof deze is tegengehouden. Als
de overvloeikleur donkerder is dan 50% grijs, wordt de illustratie donkerder, alsof deze is doorgedrukt. Wanneer u met
zuiver zwart of wit kleurt, wordt het gebied donkerder of lichter, maar niet echt zuiver zwart of wit.
Fel licht In deze modus worden de kleuren vermenigvuldigd of gerasterd, afhankelijk van de overvloeikleur. Dit geeft
ongeveer hetzelfde effect als een felle lamp op een schilderij.
Als de overvloeikleur (lichtbron) lichter is dan 50% grijs, wordt de illustratie lichter, alsof deze is gerasterd. Hiermee
kunt u illustraties meer hooglichten meegeven. Als de overvloeikleur donkerder is dan 50% grijs, wordt de illustratie