Operation Manual

664
INDESIGN GEBRUIKEN
Afdrukken
Laatst bijgewerkt 20/5/2011
Een document automatisch schalen
1 Zorg ervoor dat u in het gedeelte Instellen van het dialoogvenster Afdrukken de opties Naast elkaar en Miniatuur
hebt uitgeschakeld. (Indien deze opties zijn ingeschakeld, is de optie Aanpassen aan pagina niet beschikbaar.)
2 Selecteer Aanpassen aan pagina. Het schalingspercentage (bepaald door het afbeeldingsgebied dat wordt
gedefinieerd door de geselecteerde PPD) staat naast de optie Aanpassen aan pagina.
Afbeeldingen en lettertypen afdrukken
Opties voor het afdrukken van afbeeldingen
Kies in het gedeelte Grafisch van het dialoogvenster Afdrukken een van de volgende opties voor de verwerking van
afbeeldingen tijdens de uitvoer.
Gegevens verzenden Bepaalt hoeveel afbeeldingsgegevens in geplaatste bitmapafbeeldingen worden verzonden naar
de printer of het bestand.
Alles Verzendt gegevens met maximale resolutie, geschikt voor afdrukken met hoge resolutie of voor het afdrukken
van grijstinten of kleurenafbeeldingen met een hoog contrast, zoals bij zwart-wittekst met één steunkleur. Voor deze
optie is de meeste schijfruimte nodig.
Geoptimaliseerde subsampling Verzendt precies voldoende afbeeldingsgegevens om de afbeelding af te drukken met
de optimale resolutie voor het uitvoerapparaat. (Een printer met hoge resolutie heeft meer gegevens nodig dan een
desktopmodel met lage resolutie.) Selecteer deze optie wanneer u met afbeeldingen met hoge resolutie werkt, maar
drukproeven maakt met een desktopprinter.
Opmerking: InDesign voert geen subsample uit op EPS- of PDF-afbeeldingen, zelfs niet als de optie Geoptimaliseerde
subsampling is ingeschakeld.
Proxy Verzendt schermresolutieversies (72 dpi) van geplaatste bitmapafbeeldingen, waardoor er sneller wordt
afgedrukt.
Geen Verwijdert tijdelijk alle afbeeldingen bij het afdrukken en vervangt deze door afbeeldingskaders met een kruis
erin, waardoor het afdrukken sneller verloopt. Afbeeldingskaders hebben dezelfde afmetingen als de geïmporteerde
afbeeldingen en de knippaden worden behouden zodat u nog steeds de grootte en positie kunt controleren.
Geïmporteerde afbeeldingen drukt u niet af wanneer u bijvoorbeeld tekstproefafdrukken wilt maken voor editors of
proeflezers. Afdrukken zonder afbeeldingen is ook nuttig wanneer u de oorzaak van een afdrukprobleem probeert vast
te stellen.
Opties voor het downloaden van lettertypen naar een printer
Printerlettertypen zijn lettertypen die zijn opgeslagen in het geheugen van de printer of op een vaste schijf die op de
printer is aangesloten. Type 1- en TrueType-lettertypen kunnen op de printer of op de computer worden opgeslagen.
Bitmaplettertypen worden alleen op de computer opgeslagen. InDesign downloadt lettertypen wanneer dat nodig is,
mits deze op de vaste schijf van de computer zijn geïnstalleerd.
Kies in het gedeelte Grafisch van het dialoogvenster Afdrukken uit de volgende opties om te bepalen hoe lettertypen
naar de printer worden gedownload.
Geen Neemt in het PostScript-bestand een verwijzing naar het lettertype op, waardoor de RIP of een postprocessor
weet waar het lettertype moet worden opgenomen. Selecteer deze optie als de lettertypen zich in de printer bevinden.
Gebruik een van de andere opties voor het downloaden van lettertypen, zoals Subset of PPD-lettertypen downloaden
om ervoor te zorgen dat lettertypen correct worden geïnterpreteerd.