Operation Manual
506
INDESIGN GEBRUIKEN
Kleur
Laatst bijgewerkt 20/5/2011
2 Selecteer met het gereedschap Pipet de kenmerken van de instellingen voor wisselende lijnen en vullingen die u wilt
kopiëren en klik vervolgens op OK.
Als u alleen de vul- of lijnkleur en geen andere kenmerken van het object wilt oppakken, houdt u Shift ingedrukt en
klikt u met het gereedschap Pipet op het object. Wanneer u vervolgens de kleur op een ander object toepast, wordt
alleen de vul- of lijnkleur toegepast, afhankelijk van wat er boven op de werkbalk ligt (vulling of lijn).
Kleuren toepassen op grijswaardenafbeeldingen
In InDesign kunt u kleur toevoegen aan geplaatste grijswaardenafbeeldingen.
1 Zorg ervoor dat de afbeelding is opgeslagen als een grijswaarden- of bitmapafbeelding in de PSD-, TIFF-, BMP- of
JPG-indeling.
In Photoshop kunt u Afbeelding > Modus > Bitmap of Afbeelding > Modus > Grijswaarden kiezen.
2 Als u de afbeelding wilt selecteren, klikt u met de Inhoudgrijper of gebruikt u het gereedschap Direct selecteren .
3 Selecteer een kleur in het deelvenster Stalen of Kleur.
Als de afbeelding is opgeslagen als een PSD-bestand, kan de afbeelding meerdere lagen bevatten. In dat geval moet de
onderste laag dekkend zijn. U kunt in InDesign geen kleur toepassen op een PSD-afbeelding met een transparante
achtergrond. De grijswaardenafbeelding mag bovendien geen alfa- of steunkleurkanalen bevatten.
Werken met stalen
Overzicht van het deelvenster Stalen
Met het deelvenster Stalen (Venster > Kleur > Stalen) kunt u kleuren, verlopen of tinten maken en benoemen en die
kleuren, verlopen en tinten snel toepassen op documenten. Stalen zijn te vergelijken met alinea- en tekenstijlen. Elke
wijziging die u aanbrengt in een staal is van invloed op alle objecten waarop het staal is toegepast. Stalen
vergemakkelijken het wijzigen van kleurschema's zonder dat elk object afzonderlijk hoeft te worden gezocht en
aangepast.
Wanneer de vulling of lijn van geselecteerde teksttekens of objecten een kleur of verloop bevat dat vanaf het
deelvenster Stalen is toegepast, wordt het toegepaste staal gemarkeerd in het deelvenster Stalen. Stalen die u maakt,
worden uitsluitend aan het huidige document gekoppeld. Elk document kan een andere set stalen hebben die in het
bijbehorende deelvenster Stalen zijn opgeslagen.
Als u met een prepress-bureau werkt, kunt u steunkleuren duidelijk identificeren aan de hand van stalen. U kunt ook
kleurinstellingen opgeven in een preflight-profiel om te bepalen welke kleurinstellingen geschikt zijn voor uw printer.
Er staan zes CMYK-gedefinieerde kleuren in het standaarddeelvenster Stalen: cyaan, magenta, geel, rood, groen en
blauw.
Opmerking: Als u een boek afdrukt met hoofdstukken die conflicterende stalen bevatten, kunt u deze instellingen in het
hoofddocument door het programma laten synchroniseren. (Zie “Documenten in een boekbestand synchroniseren” op
pagina 336.)
Meer Help-onderwerpen
“Steun- en proceskleuren” op pagina 499
“Stalen importeren” op pagina 511